6 Er zijn er die het goud uit de buidel schudden, en met de waagbalk wegen zij het zilver uit. Zij huren een metaalbewerker en hij maakt er een god van.*+ Zij werpen zich neer, ja, zij buigen zich neer.+
29 Aangezien wij daarom Gods nageslacht zijn,+ moeten wij niet menen dat het Goddelijk Wezen*+ op goud of zilver of steen gelijkt, op iets wat door menselijke kunstvaardigheid en menselijk vernuft is gebeeldhouwd.+
24 Er was namelijk iemand genaamd Deme̱trius, een zilversmid, die zilveren Artemistempeltjes* maakte en de kunsthandwerkers daarmee geen klein gewin verschafte;+