4 ’Maar nu, wees sterk, o Zerubba̱bel,’ is de uitspraak van Jehovah, ’en wees sterk,+ o Jo̱zua, de zoon van Jo̱zadak, de hogepriester.’
’En weest sterk, GIJ allen, volk van het land,’ is de uitspraak van Jehovah, ’en werkt.’+
’Want ik ben met U’,+ is de uitspraak van Jehovah der legerscharen.