13 Bovendien heeft [God*] U, ofschoon GIJ dood waart in UW overtredingen en in de onbesneden staat van UW vlees, met hem levend gemaakt.+ Hij heeft ons al onze overtredingen goedgunstig vergeven+
6 Trouwens, met dit doel werd ook aan de doden+ het goede nieuws bekendgemaakt, opdat zij van menselijk standpunt+ uit bezien naar het vlees geoordeeld zouden worden, maar van Gods standpunt uit bezien naar de geest zouden leven.+