2 Kronieken 20:7 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 7 Hebt gijzelf, o onze God,+ de bewoners van dit land niet van voor het aangezicht van uw volk I̱sraël verdreven+ en het vervolgens tot onbepaalde tijd aan het zaad van A̱braham, die u liefhad,*+ gegeven?+ Jesaja 41:8 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 8 „Maar gij, o I̱sraël, zijt mijn knecht,+ gij, o Ja̱kob, die ik verkozen heb,+ het zaad* van mijn vriend+ A̱braham;*+
7 Hebt gijzelf, o onze God,+ de bewoners van dit land niet van voor het aangezicht van uw volk I̱sraël verdreven+ en het vervolgens tot onbepaalde tijd aan het zaad van A̱braham, die u liefhad,*+ gegeven?+
8 „Maar gij, o I̱sraël, zijt mijn knecht,+ gij, o Ja̱kob, die ik verkozen heb,+ het zaad* van mijn vriend+ A̱braham;*+