35Daarna zei God tegen Jakob: ‘Vertrek naar Bethel+ en ga daar wonen. Maak er een altaar voor de ware God, die aan je verschenen is toen je op de vlucht was voor je broer Esau.’+
7 Daar bouwde hij een altaar en hij noemde de plaats El-Bethel,* omdat de ware God zich daar aan hem had geopenbaard toen hij op de vlucht was voor zijn broer.+