30 De zoon die hem als priester opvolgt en die de tent van samenkomst binnengaat om dienst te doen in de heilige plaats, moet de kleding zeven dagen dragen.+
2 De namen van de zonen van Aäron waren: Na̱dab, de eerstgeboren zoon, Abi̱hu,+ Elea̱zar+ en I̱thamar.+3 Dat waren de namen van Aärons zonen, de gezalfde priesters die waren geïnstalleerd* om als priester te dienen.+