10Toen nam Samuël een kruikje met olie en goot dat over Sauls hoofd uit.+ Hij kuste hem en zei: ‘Jehovah heeft je beslist tot leider+ over zijn erfdeel gezalfd.+
15Toen zei Samuël tegen Saul: ‘Jehovah heeft mij gestuurd om je tot koning over zijn volk Israël te zalven.+ Luister nu naar wat Jehovah te zeggen heeft.+