17 Toen bad Elisa: ‘O Jehovah, open alstublieft zijn ogen, zodat hij het kan zien.’+ Onmiddellijk opende Jehovah de ogen van de bediende, en hij zag dat er overal in het bergland paarden en strijdwagens van vuur waren,+ om Elisa heen.+

10 Pas op dat jullie niet neerkijken op een van deze kleinen. Want ik zeg jullie dat hun engelen in de hemel altijd het gezicht zien van mijn Vader in de hemel.+

7 Over de engelen zegt hij: ‘Hij maakt zijn engelen geesten en zijn dienaren*+ een vlammend vuur.’+

14 Zijn ze niet allemaal geesten voor heilige dienst,*+ die worden uitgezonden om degenen te dienen die redding zullen erven?