14 Hij vormde* een groep van 12 en noemde ze apostelen. Zij zouden met hem meegaan en hij zou ze eropuit sturen om te prediken 15 en ze de macht geven om demonen uit te drijven.+
9Hij riep de twaalf bij elkaar en gaf hun macht en gezag over alle demonen+ en om ziekten te genezen.+2 Daarna zond hij ze uit om Gods Koninkrijk te prediken en zieken te genezen.