21 Jezus zei tegen hem: ‘Als je volmaakt* wilt zijn, verkoop dan je bezit en geef het aan de armen. Dan zul je een schat in de hemel+ hebben. Kom, wees mijn volgeling.’+
21 Jezus keek hem aan en voelde liefde voor hem. Hij zei: ‘Er is nog één ding dat je moet doen: verkoop wat je hebt en geef het aan de armen. Dan zul je een schat in de hemel hebben. Kom, wees mijn volgeling.’+
33 Verkoop je bezittingen en geef giften aan de armen.*+ Zorg voor een geldbuidel die niet verslijt, een onuitputtelijke schat in de hemel,+ waar geen dief bij kan komen en die door geen mot kan worden aangetast.
18 Draag ze op goed te doen, rijk te zijn in goede daden, vrijgevig* te zijn en bereid te zijn om te delen.+19 Zo verzamelen ze voor zichzelf een schat: een goed fundament voor de toekomst,+ zodat ze het echte leven stevig kunnen vastgrijpen.+