4 Toen schreef Mozes alle woorden van Jehovah op.+ Hij stond ’s morgens vroeg op, bouwde aan de voet van de berg een altaar en richtte 12 zuilen op, één voor elk van de 12 stammen van Israël.
9 Vervolgens schreef Mozes deze wet op+ en gaf die aan de Levitische priesters, die de ark van Jehovah’s verbond dragen, en aan alle oudsten van Israël.
11 wanneer heel Israël komt om voor Jehovah, je God, te verschijnen+ op de plaats die hij uitkiest, moet je deze wet in aanwezigheid van heel Israël voorlezen.+