6 Opnieuw gingen de Israëlieten doen wat slecht was in Jehovah’s ogen.+ Ze gingen de Baäls vereren,+ de A̱storethbeelden, de goden van A̱ram, de goden van Sidon, de goden van Moab,+ de goden van de Ammonieten+ en de goden van de Filistijnen.+ Ze keerden Jehovah de rug toe en dienden hem niet meer.