14 Maar nu zal je koningschap niet blijvend zijn.+ Jehovah zal een man naar zijn hart vinden+ en Jehovah zal hém als leider over zijn volk aanstellen,+ omdat jij je niet hebt gehouden aan wat Jehovah je geboden heeft.’+
13 Samuël nam dus de hoorn met olie+ en zalfde hem waar zijn broers bij waren. En vanaf die dag werd Jehovah’s geest in David werkzaam.+ Later ging Samuël op weg naar Ra̱ma.+