-
Jesaja 36:13-20Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
13 Toen riep de ra̱bsake luid in de taal van de Joden:+ ‘Hoor het woord van de grote koning, de koning van Assyrië.+ 14 Dit zegt de koning: “Laat je niet door Hizki̱a bedriegen, want hij kan jullie niet redden.+ 15 Laat je niet door Hizki̱a overhalen om op Jehovah te vertrouwen+ als hij zegt: ‘Jehovah zal ons zeker redden, en deze stad zal niet in handen vallen van de koning van Assyrië.’ 16 Luister niet naar Hizki̱a, want dit zegt de koning van Assyrië: ‘Sluit vrede met mij en geef je over.* Dan zullen jullie allemaal van je eigen wijnstok en je eigen vijgenboom eten en het water uit je eigen waterput* drinken, 17 tot ik kom en jullie naar net zo’n land breng als jullie eigen land:+ een land van graan en nieuwe wijn, een land van brood en wijngaarden. 18 Laat je niet door Hizki̱a misleiden als hij zegt: “Jehovah zal ons redden.” Heeft ook maar één van de goden van de volken zijn land gered uit de handen van de koning van Assyrië?+ 19 Waar zijn de goden van Ha̱math en A̱rpad?+ Waar zijn de goden van Sefarva̱ïm?+ En hebben ze Sama̱ria uit mijn handen gered?+ 20 Wie onder alle goden van die landen heeft zijn land uit mijn handen gered? Zou Jehovah Jeruzalem dan wél uit mijn handen kunnen redden?’”’+
-