Genesis 12:1, 2 Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave) 12 Jehovah zei tegen Abram: ‘Verlaat je land, je familie en het huis van je vader en ga naar het land dat ik je zal laten zien.+ 2 Ik zal je tot een groot volk maken. Ik zal je zegenen en je naam groot maken, en je zult een zegen worden.+
12 Jehovah zei tegen Abram: ‘Verlaat je land, je familie en het huis van je vader en ga naar het land dat ik je zal laten zien.+ 2 Ik zal je tot een groot volk maken. Ik zal je zegenen en je naam groot maken, en je zult een zegen worden.+