2 Moab wordt niet meer geëerd.
In He̱sbon+ wordt haar ondergang uitgedacht:
“Kom, laten we haar als volk uitroeien.”
Ook jij, Ma̱dmen, moet zwijgen,
want het zwaard achtervolgt je.
3 Er klinkt geschreeuw uit Horona̱ïm,+
het geluid van vernietiging en grote verwoesting.