-
Jeremia 28:1-4Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
28 In hetzelfde jaar, aan het begin van de regering van koning Zedeki̱a+ van Juda, in het vierde jaar, in de vijfde maand, zei de profeet Hana̱nja uit Gi̱beon,+ de zoon van A̱zzur, in het huis van Jehovah in het bijzijn van de priesters en het hele volk tegen me: 2 ‘Dit zegt Jehovah van de legermachten, de God van Israël: “Ik zal het juk van de koning van Babylon breken.+ 3 Binnen twee jaar* zal ik alle voorwerpen van het huis van Jehovah die koning Nebukadne̱zar van Babylon uit deze plaats heeft gehaald en naar Babylon heeft meegenomen,+ naar deze plaats terugbrengen.”’ 4 ‘“En ik zal koning Jecho̱nja+ van Juda, de zoon van Jo̱jakim,+ en alle ballingen van Juda die naar Babylon zijn gegaan+ naar deze plaats terugbrengen”, verklaart Jehovah, “want ik zal het juk van de koning van Babylon breken.”’
-