17Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jakobus en zijn broer Johannes met zich mee een hoge berg op, waar ze alleen waren.+2 Voor hun ogen veranderde hij van gedaante: zijn gezicht straalde als de zon en zijn kleren glansden* als het licht.+
36 Toen kwam Jezus met de discipelen bij de plek die Gethse̱mané+ heette, en hij zei tegen ze: ‘Ga hier zitten. Dan ga ik verderop bidden.’+37 Vervolgens nam hij Petrus en de twee zonen van Zebede̱üs+ met zich mee. Hij werd intens verdrietig en voelde grote ongerustheid opkomen.+