Het hoofd bieden aan de uitdaging van morele beginselen

„THE Sorrow and the Pity” (Het verdriet en het medelijden). Dat was de titel van een vier en een half uur durende speelfilm die in de lente van 1972 overal in de Verenigde Staten werd vertoond. Zonder er doekjes om te winden en onopgesmukt werd erin gedocumenteerd hoe sommige mensen zich tijdens de Duitse bezetting van hun land hebben gedragen. Eén recensent verklaarde dat de film een voortreffelijk doel diende, omdat „wij erdoor worden gedwongen onszelf en onze zelfvoldane veronderstellingen omtrent de wijze waarop wij ons in een tijd van nationale crisis zouden gedragen, te onderzoeken. . . . Zouden wij pijn, de gevangenis en de dood voor onze geloofsovertuiging riskeren?” Velen die tegenover deze crisis stonden, deden dit niet.

Men heeft bemerkt dat in tegenstelling daarmee de christelijke getuigen van Jehovah een uitzondering op deze regel vormden. Zij weigerden een compromis te sluiten. Professor Ebenstein van de Princeton-universiteit (V.S.) schreef in The Nazi State: „Iedere Getuige schijnt een vesting te zijn die wel vernietigd, maar nooit ingenomen kan worden.” Waarom? Eén reden is ongetwijfeld dat zij in hun dagelijks leven het hoofd aan de uitdaging van morele beginselen hadden geboden, zodat zij toen er een crisis kwam goed waren voorbereid om hun standpunt te bepalen en er als overwinnaars uit te voorschijn te komen.

De meeste mensen staan thans niet tegenover een nationale crisis die zulke uiterst belangrijke beslissingen van hen vergt. Iedereen is echter in een strijd tussen de krachten van het goede en het kwade verwikkeld. Welk standpunt nemen wij derhalve in? Bieden wij in ons dagelijks leven het hoofd aan de uitdaging van morele beginselen?

Een van de glories van ons mens-zijn, is dat wij een vrije wil bezitten. Dat wil zeggen: wij zijn in staat het verschil tussen goed en kwaad te begrijpen en zijn vrij om te kiezen of wij ons door het ene of door het andere willen laten leiden. Dit, evenzeer als welke andere factor maar ook, getuigt van de grote kloof die er tussen ons en de redeloze schepping bestaat. Degenen die de evolutietheorie aanvaarden, verkiezen dit uiterst belangrijke verschil over het hoofd te zien. Ja, van alle aardse scheppingswerken bezitten alleen wij een zedelijkheidsgevoel; alleen wij kunnen het verschil beoordelen tussen wat is — een wereld vol goddeloosheid en geweldpleging — en wat eigenlijk moest zijn, een wereld van rechtvaardigheid en vrede. Alleen wij hebben behoefte aan een verklaring van de dingen, aan religie.

Gods Woord, de bijbel, getuigt op welsprekende wijze van dit grote verschil. Alleen de mens werd naar Gods beeld en gelijkenis gemaakt. Alleen de mens werd tegenover een morele beslissing geplaatst: „Wat de boom der kennis van goed en kwaad betreft, gij moogt daarvan niet eten, want op de dag dat gij daarvan eet, zult gij beslist sterven.” — Gen. 1:26-28; 2:16, 17.

Het is dus billijk dat de mens wegens zijn hogere gaven niet alleen grotere voorrechten geniet en een grotere gave bezit om van het leven te genieten, maar dat hij ook grotere verantwoordelijkheden draagt. Het is zoals Jezus zei: „Van een ieder aan wie veel werd gegeven, zal veel worden geëist; en van hem aan wie men het toezicht over veel heeft gegeven, zal men meer dan gebruikelijk is, eisen.” — Luk. 12:48.

Door morele beginselen te worden geleid, betekent dat men het volgen van het geweten boven zelfzuchtig gewin, boven materiële dingen, stelt. Als wij erbij stilstaan, zijn in feite alle dieren materialisten, want het gaat bij hen alleen om fysiek gemak en het bevredigen van hun seksuele impulsen. Het is interessant dat de bijbel ons vertelt dat de wijsheid die gekenmerkt wordt door zelfzuchtige strijd en jaloezie dierlijk is. De bijbel vertelt ons bovendien dat de goddelozen als redeloze dieren zijn en dat zulke personen, evenals zulke dieren, zullen vergaan. — Jak. 3:14-16; 2 Petr. 2:10-13.

De wereld is thans over het geheel genomen dierlijk geworden en het is daardoor steeds moeilijker zich door morele beginselen te laten leiden. Nooit tevoren is de verleiding en de druk tot het volgen van een handelwijze die wordt gekenmerkt door eigenbelang, berekening, hebzucht, liefde voor sensueel genot en honger naar macht, zo groot geweest. Elke dag worden wij geconfronteerd met morele uitdagingen, met verzoekingen om een compromis te sluiten.

De uitdagingen zijn natuurlijk niet voor iedereen gelijk. Wegens erfelijkheid en/of omgeving verschillen ze. Voor de een zou de sensatie en de opwinding die gepaard gaan met gokken, zoals het wedden op paarden, een uitdaging kunnen vormen. Voor een ander zou het het gebruik van verdovende middelen kunnen zijn, wegens het genot dat met de verslaving gepaard gaat. Voor vele anderen vormt hun neiging tot seksuele immoraliteit een uitdaging. Er zijn er ook niet weinigen voor wie hard werken een uitdaging vormt, omdat zij op hun gemak zijn gesteld of doodgewoon lui zijn. Zo staan ook velen die alcoholische dranken drinken, tegenover een ware uitdaging van zelfbeheersing.

Het is niet gemakkelijk en beslist niet de weg van de minste weerstand, om als men in verzoeking wordt gebracht of onder druk wordt gezet met succes het hoofd te bieden aan de uitdaging van morele beginselen. Het is echter de enige verstandige, de enige bevredigende en de enige lonende handelwijze. De wijste menselijke koning die ooit heeft geleefd, heeft zichzelf ervan overtuigd dat het najagen van materiële dingen alleen maar tot teleurstelling leidt. — Pred. 2:1-11.

Er is waakzaamheid voor nodig om met succes het hoofd aan deze uitdagingen te bieden. En het vereist ook dat men voor hulp naar God opziet. Jezus zei: „Waakt en bidt voortdurend, opdat gij niet in verzoeking komt. De geest is natuurlijk bereidwillig, maar het vlees is zwak” (Matth. 26:41). En het vereist ook zelfdiscipline, zelfbeheersing, zoals de apostel Paulus besefte, die zei: „Ik ben hard voor mijn lichaam en leid het als een slaaf, om niet, na tot anderen te hebben gepredikt, zelf op een of andere wijze afgekeurd te worden.” — 1 Kor. 9:27.

U zult bovendien worden geholpen het hoofd te bieden aan de uitdaging van morele beginselen als u er voortdurend aan denkt dat u verantwoording verschuldigd bent aan de Schepper, en dat u er altijd voor dient te waken hem niet te mishagen. Daarom zegt Zijn Woord ons: „De vrees voor Jehovah is het begin van wijsheid” (Spr. 9:10). Het zal ook een grote hulp zijn dagelijks Gods Woord te lezen. De bijbel staat niet alleen vol voortreffelijke raad zoals uit het voorgaande blijkt, maar bevat ook voortreffelijke voorbeelden die u kunt trachten na te volgen.

Denk ook aan de beloningen die eruit voortvloeien als u de uitdaging van morele beginselen het hoofd biedt. Bijvoorbeeld het zuivere geweten en het zelfrespect die het gevolg zijn wanneer u de overwinning behaalt over de verleiding en druk om te zwichten of een compromis te sluiten en wanneer u zich door liefde en rechtvaardigheid, in plaats van door zelfzuchtige overwegingen laat leiden. En Gods Woord stelt degenen die Gods goedkeuring verwerven door aan de uitdaging van Zijn hoge morele beginselen het hoofd te bieden, ook nog de hoop op eeuwig leven in het vooruitzicht.