Een boek met een onvergelijkelijke invloed
ER BESTAAT een boek met een oosterse achtergrond, geschreven door oosterlingen, dat ongetwijfeld een grotere invloed op de mensheid heeft gehad dan enig ander boek. Het is, in zijn geheel of gedeeltelijk, in meer dan 1600 talen vertaald. En hier is een zeer opmerkelijk feit: dank zij dit boek hebben vele mensen en zelfs hele natiën leren lezen! Voorheen ongeschreven talen hebben nu een geschreven taal omdat dit boek in deze speciale talen werd vertaald. Dit unieke boek is de bijbel.
Het is eenvoudig verbazingwekkend dat de bijbel door miljoenen uit elk ras en iedere natie wordt aanvaard. Wij leven nu in de twintigste eeuw, vele honderden jaren verwijderd van de in de Heilige Schrift verhaalde gebeurtenissen. Voor de meeste lezers is de achtergrond van de bijbel ook geografisch ver weg. Toch heeft de Schrift als geen ander boek tot het hart van mensen gesproken.
Charles D. Eldridge merkte in Christianity’s Contributions to Civilization het volgende over dit punt op: „Boeken die in een bepaald land zijn geschreven, worden zelden populair in andere landen; ze zijn als bomen die er niet tegen bestand zijn overgeplant te worden. Hoewel ze bij hun publikatie in een bepaald land onder gunstige omstandigheden bijval vinden, doorstaan ze zelden de veranderde omstandigheden op het gebied van het sociale, opvoedkundige, politieke en religieuze leven in andere landen. Dit is niet het geval met de bijbel: deze is zonder ernstig aan kracht en charme ingeboet te hebben, in elke grond onder de zon overgeplant.”
Een voorname reden voor de aantrekkingskracht die de bijbel op alle stammen, natiën en rassen uitoefent, is dat hij het leven — met zijn vreugden en zijn verdriet, zijn triomfen en zijn mislukkingen, zijn voor- en zijn tegenspoed, zijn liefde en zijn haat — realistisch afschildert. T. H. Darlow drukte dit in de inleiding tot The Greatest Book in the World als volgt uit: „Er is één Boek, en slechts één, dat alle hoogten en diepten van de menselijke aard omvat. De bijbel behoort tot de essentiële dingen — zoals de lucht en de wind en de zee, zoals brood en wijn, zoals de kussen van kleine kinderen en tranen die aan een graf vergoten worden — die nimmer saai of ouderwets kunnen worden, omdat ze het gemeenschappelijke erfdeel van de mensheid zijn.”
De invloed die de bijbel op wetenschap en literatuur heeft gehad, gaat de verbeelding te boven. Neem de Engels-sprekende wereld, die zo’n 358 miljoen mensen omvat. John R. Green schrijft in A Short History of the English People: „De hele proza-literatuur van Engeland, uitgezonderd de vergeten traktaten van Wyclif, is ontstaan sinds de vertaling van de Schrift door Tyndale en Coverdale. Voor zover het de natie in het algemeen betreft, bestond er in de Engelse taal geen geschiedkundige en geen romantische literatuur en nauwelijks enige poëzie, uitgezonderd het weinig bekende dichtwerk van Chaucer, toen verordend werd de bijbel in de kerken te plaatsen.” De Engelse acteur en dichter William Shakespeare haalde veel van de inspiratie van zijn werken uit de bijbel. Volgens zeggen „heeft geen enkele schrijver overvloediger de gedachten van de Heilige Schrift verwerkt en de woorden ervan weergegeven als Shakespeare”. Zo was ook voor de Engelse dichter Shelley de bijbel het belangrijkste boek in zijn beperkte bibliotheek.
In meer recente jaren gaf de Engelse romanschrijver Hall Caine toe: „Ongeacht welke sterke situaties er ook in mijn boeken voorkomen, ze zijn niet mijn eigen schepping, maar zijn ontleend aan de bijbel. ’The Deemster’ is een verhaal van de Verloren Zoon, ’The Bondman’ is de geschiedenis van Esau en Jakob, ’The Scapegoat’ is de geschiedenis van Eli en zijn zonen, . . . en ’The Manxman’ is de geschiedenis van David en Uría.”
De Amerikaanse humorist en uitgever Thomas L. Masson zei over de invloed van de bijbel op de literatuur: „Hij is de grondslag van al onze literatuur, en als u daarom iets wilt weten, moet u het in de bijbel zoeken. . . . Hij is te groot voor systemen, hij omvat de mens zelf en al zijn gedachten. Hij is in werkelijkheid een groot schilderijenmuseum van magnifieke menselijke portretten.”
De Encyclopædia Britannica (uitgave van 1971) beschrijft de bijbel daarom zeer passend als een boek dat „waarschijnlijk de meest invloedrijke collectie boeken in de menselijke geschiedenis” vormt. Wij lezen verder: „Wàt men ook over de inhoud van de bijbel mag denken, zijn rol in de ontwikkeling van de westerse cultuur en in de evolutie van tal van oosterse culturen maakt op zijn minst enige bekendheid met zijn literatuur en geschiedenis tot een onmisbaar kenmerk van de ontwikkelde man in de Engels-sprekende wereld.”
Niet alleen de grote literaire werken in de Engelse taal zijn door de bijbel beïnvloed, maar ook de grote werken in de meeste andere westerse landen. Een voorbeeld hiervan is de Duitse literatuur. De Duitse lyrische dichter Heinrich Heine werd ertoe bewogen te zeggen: „Alle uitdrukkingen en idiomen die men in de Luther-bijbel aantreft, zijn Duits. De schrijver moet ze blijven gebruiken. En aangezien dit boek in het bezit is van de armste mensen, behoeven zij niet bijzonder onderlegd te zijn om zich in literaire taal te kunnen uitdrukken.” Veel Duitse spreekwoorden zijn ontleend aan de bijbel, en Luthers vertaling van de Schrift heeft de basis verschaft voor literair Duitsland.
Vooral opmerkelijk zijn de opmerkingen van twee beroemde Duitse literaire personen — Johann Wolfgang von Goethe en Heinrich Heine — met betrekking tot de invloed van de bijbel op hun werk. Goethe zei over zijn carrière: „Geloof in de bijbel, de vrucht van diep nadenken, heeft mij tot gids van mijn morele en literaire leven gediend. — De bijbel heeft voor mij een veilig geïnvesteerd en hoge interest afwerpend kapitaal gevormd.” Heine verklaarde in dezelfde trant: „Ik dank mijn verlichting heel eenvoudig aan het lezen van een boek. — Een boek? Ja, en het is een oud, eenvoudig boek, bescheiden als de natuur zelf en even natuurlijk; een boek dat net zo krachtig en pretentieloos blijkt als de zon die ons verwarmt en als het brood dat ons voedt; een boek dat net zo treurig en met evenveel genegenheid naar ons kijkt als een oude grootmoeder, die zelf het boek, met liefdevolle, bevende lippen en haar bril op haar neus, dagelijks leest. — En de naam van dit boek is kort gezegd de bijbel.”
Hoe konden zo’n veertig mensen die in een tijdsbestek van ongeveer 1600 jaar leefden, zulk een boek voortbrengen, een werk dat gedurende vele eeuwen na zijn voltooiing een bron van inspiratie is geweest en dit nog steeds is? Geen van zijn schrijvers heeft het zich als een verdienste aangerekend. Hun doel was niet hun eigen boodschap, maar die van Jehovah God, de bron van hun inspiratie, over te dragen. De psalmist David verklaarde: „De geest van Jehovah heeft door mij gesproken, en zijn woord was op mijn tong” (2 Sam. 23:2). Wordt deze uitspraak niet door het buitengewone karakter van de bijbel gesteund? Verdient dit boek daarom niet onze grootste aandacht?
[Illustratie op blz. 483]
Bijbel
Spreekt mensen van alle natiën aan
Thans in meer dan 1600 talen
Dank zij dit boek hebben hele natiën leren lezen
Veel ongeschreven talen hebben alleen wegens dit boek een geschreven taal
„Waarschijnlijk de meest invloedrijke collectie boeken in de menselijke geschiedenis”
„De grondslag van al onze literatuur”