De reuzeninktvis — ontzagwekkend schepsel van de zee
DRIE bewoners van Newfoundland — Daniël, Theofilus en de twaalfjarige Tom — waren in hun kleine vlet aan het vissen toen zij dichtbij een ongewoon voorwerp zagen drijven. Uit nieuwsgierigheid sloegen zij er met een bootshaak op. Wat een schok kregen zij! Plotseling begon het water te schuimen en daar verscheen een reuzeninktvis, die hen met zijn slaande tentakels aanviel en deze ten slotte om hun boot slingerde en die bijna deed kapseizen.
Vlug greep Tom het kapmes dat zij gebruikten om aas te snijden en hakte een tentakel van het monster af. Tot hun grote opluchting gaf het dier toen de strijd op en gleed het in de oceaan terug.
Als zij echter niet het stuk van de tentakel daar op de bodem van de boot bij zich hadden gehad, zouden de andere vissers in Conception Bay hun schrikwekkende verhaal waarschijnlijk niet hebben geloofd. Het tentakelstuk was bijna zes meter lang en bijna negen centimeter dik.
Al eeuwenlang hadden de mensen over legendarische zeemonsters gehoord die op alle mogelijke manieren werden beschreven. Het is heel goed mogelijk dat sommige van deze griezelverhalen zijn ontstaan doordat mensen iets hebben gezien wat geleerden thans het grootste dier van de klasse der koppotigen noemen, namelijk de reuzeninktvis. Stelt u zich eens voor dat u een zeeschepsel ziet dat zo’n achttien meter lang is en acht krachtige armen en twee langere tentakels heeft die aan een kogelvormig lichaam vastzitten. Zijn ogen zijn zo groot als borden. Zijn op een papegaaiesnavel gelijkende bek is sterk genoeg om een zware metaaldraad door te snijden. Het is het grootste schepsel op aarde zonder wervelkolom.
Moderne ontdekkingen
Hoewel men in bijna elke oceaan kleinere inktvissen kan aantreffen — er zijn meer dan 300 verschillende soorten — leven de reuzensoorten op diepten van 400 tot 900 meter. Geen wonder dat de mens ze zo zelden ziet! Ofschoon in oude verslagen werd verteld dat zeelieden deze zeereuzen hadden gezien en ze zelfs hadden gevangen, hechtten geleerden tot ongeveer een eeuw geleden weinig geloof aan deze voorvallen. Het scepticisme werd in zekere mate veroorzaakt door fantastische verhalen.
Geleerden kregen Archy de Inktvis, zoals wij hem zouden kunnen noemen, voor het eerst goed te zien in de jaren 1870. Om de een of andere onbekende reden, mogelijk ten gevolge van oceaanveranderingen, kwamen er vlak voor de kust van Canada vele aan de oppervlakte. Ze werden waargenomen en sommige werden er gevangen. Vervolgens werd er in november 1873, precies een maand nadat de drie vissers uit Newfoundland bijna door een reuzeninktvis waren verdronken, een gevangen en zorgvuldig onderzocht. Het bleek een exemplaar van bijna 10 meter te zijn.
Reuzenarmen met draaibare zuignappen
Wegens zijn lange, op slangen gelijkende armen denken velen dat de reuzeninktvis een soort van octopus is. Maar dit is niet zo. Er zijn veel verschillen. De octopus heeft een rond, zakvormig lichaam met acht tentakels. De grootste kan wel tweeëntwintig kilo wegen en een gestrekte armlengte van ongeveer drie meter hebben.
Probeert u zich de reuzeninktvis eens voor te stellen. Hij is tien maal zo groot als de grootste octopus. Zijn cilindrische lichaam is ongeveer vier en een halve meter lang en hij heeft niet slechts acht maar tien van de meest ontzagwekkende armen die men zich maar in kan indenken. Acht van deze armen kunnen een lengte van wel drie en een halve meter bereiken. Bovendien heeft hij nog twee tentakels die aan de uiteinden van zuignappen zijn voorzien en een lengte van twaalf tot vijftien meter kunnen bereiken!
Ook op de armen bevinden zich rijen zuignappen die op korte, beweeglijke steeltjes staan zodat de zuignappen in elke richting kunnen draaien. Verder kunnen deze zuignappen, hetgeen afhangt van de soort van inktvis, langs de hele rand ervan scherpe tanden of klauwen hebben die naar willekeur ingetrokken of uitgestrekt kunnen worden. Precies goed om een eventueel gladhuidig maal te vangen en vast te houden!
Straalaandrijving
Terwijl de octopus over de oceaanbodem kruipt en in rotsspleten leeft, zal men Archy de Inktvis zwemmend in de open zee aantreffen. Met gebruikmaking van twee vinnen aan weerszijden van zijn lichaam kan hij op zijn gemak rondzwemmen. Maar als hij snel ergens wil zijn, bedient hij zich van straalaandrijving! Bij sommige soorten is deze straalaandrijving zo krachtig dat ze hem uit het water en dertig meter door de lucht kan werpen. Hoe is dit mogelijk?
Het geheim schuilt in de mantel. De mantel bestaat uit een dikke huid en spieren die niet alleen de edele organen van de inktvis beschermen maar hem ook voortstuwen door middel van straalaandrijving. Wanneer de spieren in de mantel zich ontspannen, komt er door een losse rand rondom de nek water naar binnen en worden grote holten binnenin met water gevuld. Wanneer de mantel zich vervolgens samentrekt, wordt de opening verzegeld en wordt het water onder hoge druk met kracht door een trechtervormige pijp onder de kop naar buiten gespoten. Door de richting van deze „straalpijp” te veranderen, kan de inktvis ogenblikkelijk in tegengestelde richting worden voortgestuwd, zodat hij zich zowel voorwaarts als achterwaarts kan voortbewegen zonder zich om te draaien.
Als hij wordt verschrikt, zetten de ongewoon grote zenuwen van de inktvis aan tot een geweldige krachtsontplooiing die hem in enkele ogenblikken op topsnelheid voortstuwen. Deze zenuwvezels, die honderd maal zo groot zijn als die van de mens, zijn zo gevoelig dat wanneer de inktvis bedreigd wordt, er gelijktijdig een zenuwimpuls naar alle delen van de mantel gaat. De spieren reageren met een geweldige kracht door zich samen te trekken om een krachtige voortstuwing als door straalaandrijving te produceren.
Andere ongewone uitrusting
De inktvis behoort in de zeewereld letterlijk tot de blauwbloedigen. Zijn bloed heeft een blauwachtige kleur omdat het een koperverbinding bevat. Wanneer het bloed de zuurstof heeft verbruikt, wordt het door middel van twee harten, die het elk naar één kieuw pompen, door de kieuwen gestuwd. Vervolgens doet een gewoon hart dienst om het verse bloed door de weefsels te pompen. De inktvis heeft dus feitelijk drie harten! De organen van deze levende straalmotor leggen een wonderbaarlijk getuigenis af van het werk van zijn Schepper.
Archy en zijn partner zijn elk toegerust met een inktzak. Deze scheidt grote hoeveelheden van een donkere vloeistof af ter camouflage, door een klodder ongeveer ter grootte van de inktvis uit te spuiten om achtervolgers in verwarring te brengen. Een onderwater-„rookgordijn”!
Verder wordt de inktvis geholpen aanvallers te ontwijken doordat hij kleine kleurstofcellen heeft die hem van kleur kunnen doen veranderen Deze cellen zijn zo doeltreffend dat ze zich nauwkeurig aan de kleur van de ondergrond kunnen aanpassen en zelfs een kleurgolf over het lichaam van de inktvis kunnen doen stromen wanneer hij van de ene ondergrond naar de andere zwemt.
Dit verbazingwekkende zeemonster heeft inderdaad reusachtige ogen. Ze kunnen wel achtendertig centimeter in doorsnee worden, wat even groot is als sommige strandballen. De ogen van mijnheer de Inktvis komen op verrassende wijze overeen met het menselijk oog. Beide hebben oogleden, een doorzichtig hoornvlies, een voorste en een achterste oogkamer, een netvlies, een lens, staafjes die zwart-witte beelden produceren en kegeltjes die kleurindrukken registreren. De overeenkomst in structuur is zo treffend dat N. J. Berrill, een bekend bioloog, het volgende commentaar gaf: „Ik geloof dat als u een zoöloog zou vragen het op zichzelf beschouwd meest opzienbarende wonder van het gehele dierenrijk uit te kiezen, er grote kans bestaat dat hij niet het menselijk oog zou noemen, dat zoals algemeen wordt erkend een ongelooflijk verbazingwekkend orgaan is, noch het oog van de inktvis of de octopus, maar het feit dat deze beide ogen, die van de mens en van de inktvis, in bijna elk detail gelijk zijn.” De 100.000 receptoren per vierkante millimeter in het oog van de inktvis maken het mogelijk zelfs fijne details te zien.
Een kwestie van afmeting
Velen vragen zich af hoe groot deze reuzeninktvissen eigenlijk wel worden. De grootste die men heeft onderzocht, werd in Lyall Bay, Nieuw-Zeeland, gevonden en was zeventien meter lang. Er zijn echter slechts twaalf verschillende soorten van deze reuzen geclassificeerd, en het is mogelijk dat er nog andere grotere soorten bestaan. Er zijn zelfs enkele aanwijzingen waardoor dit wordt gesuggereerd.
Potvissen leven bijvoorbeeld bijna uitsluitend van inktvissen, van de kleinere soorten tot de reuzensoorten. Veel van deze reusachtige potvissen die zo’n vijfenveertig ton wegen, hebben diepe snijwonden van gevechten met de reuzeninktvis. Dikwijls vindt men op hun huid ronde littekens met een afmeting van zes tot tien centimeter middellijn. Deze werden klaarblijkelijk tijdens wilde onderzeese gevechten toegebracht door de zuignappen op de tentakels van de inktvis, daar deze littekens ongeveer de afmeting hebben van de zuignappen van een inktvis met een lengte van vijftien meter.
Als de afmeting van de zuignap echter evenredig is aan de afmeting van de inktvis dan kunnen de oceanen wel eens enkele werkelijk enorme reuzen bevatten. Waarom? Omdat enkele van deze littekens ruim vijfenveertig centimeter in doorsnee zijn! Bij vergelijking zou een inktvis met zuignappen van ruim vijfenveertig centimeter ongeveer zestig meter lang moeten zijn. Het bestaan van zulke gigantische inktvissen is nooit bevestigd en het is waar dat deze grote littekens het gevolg kunnen zijn van het feit dat de zuignappen de soepele huid van de potvis hebben uitgerekt. Een reisbeschrijver uit de negentiende eeuw beweerde echter een tentakel van een inktvis te hebben gezien die zo dik was als een mensenlichaam en zuignappen had ter grootte van een schoteltje.
Mettertijd zal men ongetwijfeld meer te weten komen over de reuzeninktvis en de mysteries waarmee dit dynamische en ontzagwekkende schepsel van de zee is omgeven.
[Illustratie op blz. 17]
De reuzeninktvis is toegerust met tien van de meest ontzagwekkende armen en tentakels die men zich maar kan indenken