Neven met tegengestelde karakters
Door Ontwaakt!-correspondent in Zuid-Afrika
HOEWEL hij een gehard jager op groot wild was, vond Michael Mason het moeilijk zijn geweer te richten op een Nubische wilde ezel. Waarom? „Voor iedereen die slechts tamme ezels heeft gezien”, schreef hij, „is de aanblik van een wilde ezel die zich in zijn natuurlijke omgeving voortbeweegt, een openbaring. Hun bewegingen bezitten een poëtische bekoring! Het gemak, de gratie, de snelheid waarmee ze bewegen en klimmen en dalen langs die verschrikkelijk ruwe, kale rotsen waar wij hen zagen, . . . zouden een volbloed paard op een of andere reumatische oude knol hebben doen lijken. Op de vlakten . . . zijn ze zo snel en onvermoeibaar dat noch een paard met een ruiter op zijn rug, noch een snelvoetige rijdromedaris ze ooit zou kunnen inhalen.”
Men vreest dat deze prachtige soort in het wild is uitgestorven — tegen wat de moderne wapens van de mens uitrichten, zijn ze niet bestand geweest. Er zijn nog andere soorten wilde ezels, maar ook die worden bedreigd. De Syrische onager, de Aziatische wilde ezel uit bijbelse tijden, is in 1929 voor het laatst gezien, in de dierentuin van Schönbrunn (Wenen).
De situatie voor de huisezel is heel wat rooskleuriger. Als lastdier blijft hij een belangrijke rol spelen, vooral in landen waar het levenstempo nog niet door een koortsachtige haast wordt gekenmerkt. Naar schatting worden er nog steeds zo’n veertig miljoen ezels en tien miljoen muildierena in verschillende delen van de wereld gebruikt in de landbouw en voor vervoersdoeleinden.
Misschien vraagt u zich af: Wie heeft de ezel gedomesticeerd? En hoe laat de huisezel zich vergelijken met zijn neef, de wilde ezel?
Heeft de mens de ezel gedomesticeerd?
Volgens zoölogen heeft de mens de ezel gedomesticeerd uit een Afrikaanse variëteit van de wilde ezel. Welk bewijsmateriaal is er ter ondersteuning van deze bewering?
„Bijna alles in verband met de voorouders van de huisezel berust op gissingen”, geeft The International Wildlife Encyclopedia toe. Hoewel de Afrikaanse wilde ezels — de Nubische en de Somalische — meer op het gedomesticeerde dier lijken dan de Aziatische, zijn er toch duidelijke verschillen. „Men schijnt het er algemeen over eens te zijn dat de Somalische wilde ezel weinig of geen invloed heeft gehad op [het ontstaan van] de tamme ezel”, stelt een autoriteit op dit gebied, Dr. Colin Groves. Over de Nubische ezel, die als de belangrijkste voorouder wordt bezien, zegt hij: „Er zijn vele verschillen: het schouderkruis is, zelfs bij het Nubische ras, niet de duidelijk afgetekende, lange streep van de ezel, en de achterzijde van de oren is bleek, gebroken wit in plaats van kaneelbruin. Natuurlijk is hij ook veel groter, en bovendien zijn er verschillen in de schedel. . . . Voor mij is het zeer twijfelachtig of de Nubische ezel eigenlijk wel de voorouder van de huisezel kan zijn.”
Is er dan geen betrouwbare autoriteit die de karakteristieke verschillen kan verklaren? Hoe staat het met de bijbel? Met de volgende woorden wordt daarin verklaard waarom deze neven tegengestelde eigenschappen hebben: „God ging ertoe over het wild gedierte der aarde te maken naar zijn soort en de huisdieren naar hun soort.” Ja, Jehovah God, de Schepper, komt de eer toe de huisdieren, inclusief de huisezel, te hebben gemaakt. Hij deed dit uit liefde, tot nut van de mens. — Gen. 1:25.
Eigenschappen van wilde ezels
Het duidelijkste verschil tussen wilde en tamme ezels ligt in hun karakter. Kinderen vinden het prachtig om een ezel te aaien of erop te rijden. Zouden zij dit bij een wilde ezel kunnen doen? In zijn boek Animals of Africa schreef Dr. Felix: „Wilde ezels zijn buitengewoon behoedzaam en uiterst schuw, en het is moeilijk dicht bij hen te komen. Bij de geringste aanwijzing van gevaar stuiven zij in alle richtingen weg, waarbij zij met grote behendigheid steile rotsachtige hellingen op- en afrennen.”
Gevangen dieren die door de mens verzorgd worden, verliezen hun wilde aard niet. De directeur van de Weense dierentuin beschreef het eerder genoemde dier, wiens soort nu is uitgestorven, als volgt: „Vurig en altijd gereed om aan te vallen . . . met zijn tanden en hoeven . . . vormt de Syrische onager een beeld van ongebreidelde woestheid.”
Dit stemt overeen met de beschrijving die de Schepper van de wilde ezel geeft, zoals staat opgetekend in de bijbel: „Wie heeft zelfs de banden van de wilde ezel losgemaakt, tot wiens huis ik de woestijnvlakte bestemd heb en tot zijn woonplaatsen het zilte land? Hij lacht om het gewoel van een stad; de geluiden van een opjager hoort hij niet. Hij zoekt de bergen af als zijn weidegrond en speurt naar elke soort van groene plant.” — Job 39:5-8.
Komt dit overeen met de hedendaagse woonplaatsen van de wilde ezel? Het boek Wild, Wild World of Animals zegt: „De Afrikaanse wilde ezels leven in woeste, rotsachtige gebieden waar de temperaturen wel tot 50° Celsius kunnen oplopen.” De grote zoutvlakte in de Danakildepressie van Noord-Ethiopië is een onherbergzame woestijn waar slechts weinig mensen wonen. Hier gedijt de prachtige Somalische ezel. Zout is een welkome aanvulling op zijn menu. De grootste onder de wilde ezels, de kiang, leeft in de bergen van Tibet op een hoogte van 4500 meter. Ondanks de strenge winters en de zware sneeuwval weet hij in deze bergen in leven te blijven, zoekend „naar elke soort van groene plant”. Hierover merkt het boek Horses, Asses and Zebras in the Wild op: „Kiangs voeden zich met gras en laaggroeiende planten, in het bijzonder taaie, scherpe grassen, die rijk zijn aan kiezelzuur en waaraan elke andere paardachtige zijn gevoeliger bek zou snijden en openrijten.”
Kunnen wilde ezels door de mens uit deze gebieden worden weggelokt? „Ze blijven een heel eind uit de buurt van menselijke nederzettingen, zelfs wanneer ze dorst lijden”, zegt The International Wildlife Encyclopedia. Dit alles is volkomen tegengesteld aan het karakter van de tamme ezel.
Meneer langoor — de gewillige slaaf van de mens
Van nature langzaam, draagt hij gewillig zware lasten voor de mens. Na een dag hard werken is hij tevreden met een beetje droog gras en wat schoon water. Vanwege zijn geduldige volharding wordt hij door sommigen veracht — vandaar de vernederende uitdrukking „stomme ezel”. Maar is de ezel stom? „Nee”, beweren deskundigen. „De koppigheid waarmee een ezel zo nu en dan werk weigert dat te zwaar voor hem is, is spreekwoordelijk geworden, maar zijn evenzeer spreekwoordelijke stomheid is waarschijnlijk legendarisch geworden door zijn reactie op een wrede behandeling en verwaarlozing. Van nature is hij geduldig en volhardend, en reageert hij op een vriendelijke behandeling met genegenheid en gehechtheid aan zijn meester.” — Encyclopaedia Britannica.
Men gelooft dat ezels feitelijk intelligenter zijn dan paarden. Tot op zekere hoogte zijn zij een weerspiegeling van hun meester, daar zij reageren op vriendelijke opleiding (Spr. 12:10). Een ervaren fokker, Averil Swinfen, schreef: „De prestaties van een ezel zijn meestal afhankelijk van wat zijn meester hem verkiest te leren . . . Hij neemt alles heel erg scherp in zich op en is gemakkelijk aan de mens te wennen. Het gedragspatroon van het dier zal derhalve in aanzienlijke mate dat van zijn menselijke eigenaar of instructeur weerspiegelen.”
Het uitstekende geheugen van de ezel is een bewijs voor zijn intelligentie. Als ezels een route eenmaal hebben afgelegd, zullen ze die niet meer vergeten. Ook als ze de vrije teugel hebben en hun baas in de wagen een dutje doet, zullen ze hem veilig thuisbrengen. Eén man herinnert zich hoe zijn ezels hem naar school brachten terwijl hij in de wagen zijn huiswerk zat te maken.
De sterkte van een ezel varieert met het ras. Volgens sommige deskundigen kunnen huisezels gemiddeld een vracht van 75 kilo dragen en wel twee en een kwart ton trekken. In tegenstelling tot het paard heeft de ezel een elliptische vorm die ideaal geschikt is voor het dragen van zware lasten.
Dit draagvermogen, te zamen met zijn vaste gang, maakt de ezel van onschatbare waarde in bergachtig terrein. Ezels zijn zeer gewaardeerde bezittingen in het bergkoninkrijk Lesotho in zuidelijk Afrika. De mensen in deze bergen met hun weinige wegen vertrouwen op hun ezels om vrachten van hun velden of de winkel te vervoeren. Dit herinnert ons aan de rijke man Job die blijkbaar in de buurt van het bergachtige Edom woonde. Hij had zeker heel veel waardering voor de diensten van zijn duizend ezelinnen. — Job 42:12.
Met het voortschrijden van de technologie is de ezel in veel delen van de wereld uit de tijd geraakt. Wat voor toekomst is er dan weggelegd voor meneer Langoor, de gewillige slaaf van de mens?
Wij kunnen er zeker van zijn dat ’s mensen liefdevolle Maker tijdig maatregelen zal nemen om niet alleen de ezel voor uitroeiing te behoeden, maar Zijn gehele aardse schepping van de ondergang te redden. Hij heeft beloofd dat deze aarde veranderd zal worden in een wereldomvattend paradijs. De schoonheid daarvan zal nog verhoogd worden doordat wilde dieren en huisdieren hun rol zullen vervullen overeenkomstig hun door God geschonken karakter. Welk een uitbundige vreugde zal dit de gehoorzame mensheid schenken! — Gen. 1:28; Hos. 2:18; Openb. 11:17, 18; 21:3-5.
[Voetnoten]
a De kruising tussen een ezelhengst en een paardemerrie; gewoonlijk steriel. Het muildier verenigt waardevolle eigenschappen van beide ouders in zich.
[Diagram/Illustraties op blz. 21]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
Het paard is mooi gebouwd, maar de ezel is beter toegerust voor het dragen van zware lasten
EZEL
BORSTHOLTE
DOORNUITSTEEKSEL
RUGSPIER
WERVELS
RIB
BORSTHOLTE
PAARD
[Illustraties]
EZEL
PAARD
[Illustratie op blz. 22]
Vanwege hun vaste gang en hun vermogen vrachten te dragen, vormen ezels in de bergen van Lesotho een kostbaar bezit