Wanneer alle mensen elkaar zullen liefhebben

IN ZIJN Bergrede sprak Jezus Christus over de tijd waarin alle mensen elkaar zullen liefhebben. In de inleiding van zijn toespraak citeerde Jezus de 37ste Psalm met de woorden: „Zalig de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven.” Die bijbelpsalm vermeldt ook hoe deze schitterende situatie verwezenlijkt zal worden: „Boosdoeners worden uitgeroeid, maar wie den HERE verwachten, zij zullen het land beërven.” — Mattheüs 5:5; Psalm 37:9; Nieuwe Vertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap.

Wat een opmerkelijke verandering zal dat zijn — alle boosdoeners van de aarde weggevaagd en alleen mensen die elkaar liefhebben nog over! Hoe zal dat ooit kunnen gebeuren? Dat maakte Jezus vervolgens in zijn beroemde rede duidelijk toen hij ons leerde bidden: „Uw Koninkrijk kome; uw wil geschiede, gelijk in den hemel alzo ook op de aarde” (Mattheüs 6:10, NBG). Merk op waar Gods wil zal geschieden. Niet alleen in de hemel. „Wij bidden of uw wil mag geschieden op aarde zoals dat in de hemel gebeurt”, werd in een artikel in The Christian Century beklemtoond.

Wat is dan Gods koninkrijk waar Jezus ons om leerde bidden? Het is duidelijk een echte regering, die vanuit de hemel regeert. Daarom wordt ze „het koninkrijk der hemelen” genoemd (Mattheüs 10:7). De aangestelde Heerser van dit koninkrijk, van deze regering, is Gods Zoon, Jezus Christus.

Lang voordat Maria Jezus baarde, had Jehovah’s profeet Jesaja over die wonderbare gebeurtenis en wat er uiteindelijk zou volgen, voorzegd: „Een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij rust op zijn schouder en men noemt hem Wonderbare Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst. Groot zal de heerschappij zijn en eindeloos de vrede” (Jesaja 9:5, 6 [6, 7], NBG). Na Jezus’ dood en opstanding nam hij naast zijn Vader in de hemel plaats, in afwachting van het bevel als Koning te gaan regeren. — Psalm 110:1, 2; Hebreeën 10:12, 13; Openbaring 11:15.

Wat zal er dan uiteindelijk met deze van haat vervulde wereld gebeuren? Let eens op hoe de bijbel die vraag beantwoordt. Gods profeet Daniël voorzei: „In de dagen van die koningen zal de God des hemels een koninkrijk oprichten dat nooit te gronde zal worden gericht. En het koninkrijk zelf zal aan geen ander volk worden overgedragen. Het zal al deze koninkrijken verbrijzelen en er een eind aan maken, en zelf zal het tot onbepaalde tijden blijven bestaan.” — Daniël 2:44.

Het is duidelijk dat deze bijbelprofetie vooruitwijst naar een reusachtige verandering in de menselijke aangelegenheden. Dit hele samenstel van dingen, met inbegrip van degenen van deze mensenwereld die koppig weigeren zich aan Gods heerschappij te onderwerpen, zal van de aarde verwijderd worden! Beschouw eens wat ervoor in de plaats zal komen.

Leven in een rechtvaardige nieuwe wereld

Wanneer de oude wereld eindigt, zullen er overlevenden zijn. De bijbel verklaart: „De wereld gaat . . . voorbij en ook haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft in eeuwigheid” (1 Johannes 2:17). Ja, zij die de wil van God doen, zullen blijven leven en een nieuwe wereld binnengaan, net zoals Noach en zijn gezin het einde van de toenmalige wereld overleefden. De apostel Petrus schreef: „Er zijn nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, die wij overeenkomstig [Gods] belofte verwachten, en daarin zal rechtvaardigheid wonen.” — 2 Petrus 3:5-7, 11-13.

Betreffende de tijd waarin de enige functionerende regering Gods koninkrijk is, belooft de bijbel: „De rechtvaardigen, díe zullen de aarde bezitten, en zij zullen er eeuwig op verblijven” (Psalm 37:29). De rechtvaardigen zullen zich in leven op een gereinigde aarde verheugen. Wat een heerlijke tijd zal dat zijn! Bestudeer, mocht u dat nog niet gedaan hebben, de in de bijbel beschreven zegeningen eens die op de voorgaande bladzijden afgebeeld staan.

Vindt u het niet hartverwarmend te weten dat onze Schepper zulke schitterende dingen belooft ten behoeve van hen die hem aanbidden? Dit was beslist Gods bedoeling toen hij het eerste mensenpaar schiep en hen in een aards paradijs plaatste! Merk op wat God tegen hen zei: „Weest vruchtbaar en wordt tot velen en vult de aarde en onderwerpt haar, en hebt de vissen der zee en de vliegende schepselen van de hemel en elk levend schepsel dat zich op de aarde beweegt, in onderworpenheid.” — Genesis 1:27, 28.

Adam en Eva zouden kinderen krijgen, en als die ouder werden, zouden zij een aandeel hebben aan het prettige werk het aardse paradijs in stand te houden. Denk eens aan de vreugde de grenzen van de hof van Eden uit te breiden naarmate de menselijke familie in aantal groeide! Het is duidelijk dat het Gods voornemen was dat de hele aarde een paradijs zou worden. Zal dat voornemen ooit verwezenlijkt worden? Daar kunnen wij zeker van zijn, want wij hebben er Gods eigen woord op! Hij belooft: „Ja, ik heb het gesproken, . . . ik zal het ook doen.” — Jesaja 46:11; 55:11.

Zou u graag eeuwig leven in het aardse paradijs dat in de schriftplaatsen beschreven wordt die op de voorgaande bladzijden uitgebeeld staan? Zoals te verwachten zal niet iedereen daar eeuwig mogen leven. Er zijn vereisten waaraan voldaan moet worden. Welke zijn dat?

Hoe voor eeuwig leven in aanmerking te komen

Allereerst moeten degenen die in Gods nieuwe wereld leven, leren elkaar lief te hebben, zoals God ons dat leert. De bijbel zegt: „Gij zijt zelf door God onderwezen elkaar lief te hebben” (1 Thessalonicenzen 4:9). Hoe wordt ons dit door God onderwezen?

Vooral via zijn geschreven Woord, de bijbel. Dat betekent dat wij om eeuwig te leven, Gods leringen in de bijbel moeten aanvaarden. Een oosterse bijbelstudent zei: „Ik zie uit naar de tijd waarin, zoals de bijbel belooft, alle mensen zullen hebben geleerd elkaar lief te hebben.”

In een gebed tot zijn Vader gaf Jezus een essentieel vereiste aan. Hij zei: „Dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de enige ware God, en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus” (Johannes 17:3). De 32 bladzijden tellende brochure Wat verlangt God van ons? zal u helpen deze kennis te verwerven. U ontvangt een exemplaar als u de bon op bladzijde 32 invult en die stuurt naar Wachttoren (Nederland), Noordbargerstraat 77, 7812 AA Emmen; voor België naar Wachttoren, Potaardestraat 60, B-1950 Kraainem; of naar een van de adressen op bladzijde 5.

[Kader/Illustraties op blz. 8-10]

Wat God belooft

Liefdevolle wereldwijde broederschap

„God [is] niet partijdig . . ., maar in elke natie is de mens die hem vreest en rechtvaardigheid beoefent, aanvaardbaar voor hem.” — Handelingen 10:34, 35.

Geen misdaad of oorlog meer

„Wat de goddelozen betreft, zij zullen van de aarde zelf worden afgesneden.” — Spreuken 2:22.

„[God] doet oorlogen ophouden tot het uiteinde der aarde.” — Psalm 46:9.

Een overvloed aan goed voedsel

„Er zal volop koren op aarde blijken te zijn; op de top der bergen zal overvloed zijn.” — Psalm 72:16.

Vrede tussen mens en dier

„De wolf zal werkelijk een poosje bij het mannetjeslam vertoeven, en bij het bokje zal de luipaard zelf zich neerleggen, . . . en een kleine jongen nog maar zal leider over ze zijn.” — Jesaja 11:6.

Ziekte, ouderdom en dood zullen verleden tijd zijn

„[God] zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan.” — Openbaring 21:4.

Een opstanding op aarde van gestorven dierbaren

„Het uur komt waarin allen die in de herinneringsgraven zijn, [Jezus’] stem zullen horen en te voorschijn zullen komen.” — Johannes 5:28, 29.