HOR
[berg; de aanduiding „berg Hor” betekent derhalve letterlijk „berg van de berg”, d.w.z. een bijzondere berg, „de berg”].
De berg bij Mosera aan de grens van Edom, wellicht identiek met de alleenstaande Dzjebel Madera met zijn steile witte krijtwanden, ongeveer 42 km ten Z.W. van de Dode Zee. Aäron stierf daar kort voor Israëls intocht in het Beloofde Land. Voor de ogen van de gehele vergadering van Israël bestegen Aäron, Mozes en Aärons zoon Eleazar de berg Hor. Op de top van de berg trok Mozes Aäron zijn priesterklederen uit en bekleedde Eleazar ermee. Daarna stierf Aäron, en Mozes en Eleazar hebben hem waarschijnlijk daar begraven. — Num. 20:22-29; Deut. 32:50; vergelijk Deuteronomium 10:6.