De Verenigde Naties — Vriend of vijand van de religie?
TOEN Jezus Christus op aarde was, stelden zijn discipelen hem vele vragen. Hij gaf vaak eerst een antwoord dat strookte met de onmiddellijke omstandigheden en gaf dan vervolgens een vollediger, verstrekkender profetisch antwoord dat zij op dat moment niet konden bevatten. Later, na Pinksteren in 33 G.T., begonnen zij alles beter te begrijpen. Sommige dingen zouden nog later pas duidelijk begrepen worden. Hiertoe behoort een uitspraak van Jezus die te maken heeft met de organisatie voor wereldvrede en veiligheid die wij thans als de Verenigde Naties kennen.
Zo stelden de discipelen enkele dagen vóór Christus’ dood de vraag: „Wanneer zullen deze dingen [betreffende het oordeel over Jeruzalem en de vernietiging van de tempel] zijn, en wat zal het teken zijn van uw tegenwoordigheid en van het besluit van het samenstel van dingen?” (Matth. 24:3) Jezus gaf een gedetailleerde uiteenzetting van Jeruzalems komende vernietiging. Vervolgens gaf hij verdere inlichtingen waardoor hij toonde dat zijn antwoord ook een verstrekkende profetische toepassing had op het besluit van het samenstel van dingen van onze tijd. De profetie vestigde vooral de aandacht op de vernietiging van de vals-religieuze stelsels van de christenheid. Zullen de Verenigde Naties, wanneer ze wereldveiligheid trachten te bewerkstelligen, de wereldreligies als een hulp of als een belemmering bezien?
Een in het oog springend kenmerk van Jezus’ antwoord was zijn vermelding van Daniëls profetie over „het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt” en dat „in een heilige plaats” zou staan (Matth. 24:15, 16). Deze profetie had een vervulling in de eerste eeuw, toen de legers van het heidense Rome Jeruzalem binnenkwamen en zelfs de tempelmuur ondermijnden. Nog geen vier jaar later verwoestten zij de stad ten slotte geheel en al. Wat is de latere en grotere vervulling?
DE CHRISTENHEID IS ALS HET EERSTE-EEUWSE JERUZALEM
Ten einde de hedendaagse vervulling te onderscheiden, is het allereerst noodzakelijk de parallel tussen het oude Jeruzalem en de hedendaagse christenheid te zien. Jeruzalem beweerde de stad van God te zijn. Inderdaad had zich daar altijd de troon van David, „Jehovah’s troon” genaamd, bevonden (1 Kron. 29:23). De tempel te Jeruzalem werd „het huis van Jehovah” genoemd (Ps. 27:4). Israël was echter zó opstandig geweest, dat er niet langer een koning uit de geslachtslijn van David op de troon zat. En de ware aanbidding van God was zó door de tradities van de schriftgeleerden en Farizeeën verdorven, dat God op het punt stond zijn „huis” voorgoed te verlaten. — Matth. 23:38; 15:1-9.
Ook de christenheid maakt er aanspraak op God te vertegenwoordigen. Ze beschouwt zichzelf als „heilig” en heeft haar kruistochten en oorlogen als heilig bestempeld, zelfs de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Ze bevindt zich dus in een positie die in vele opzichten met die van Jeruzalem overeenkomt, hoewel de christenheid nooit door God als zijn eigendom is erkend.
Toen Jezus de vraag van zijn discipelen beantwoordde, zei hij dat „de liefde van de meesten” van degenen die dienstknechten van God belijden te zijn, zou „verkoelen” (Matth. 24:12). Dat was het geval onder de joden vóór Jeruzalems vernietiging. En die situatie bestaat ook beslist in de zogenaamd „christelijke” natiën van dit geslacht. In plaats dat belijdende christenen, zelfs geestelijken, Gods koninkrijk bekendmaken, hebben zij zich krachtig ingespannen op het gebied van de politiek. Wat is derhalve een passende bestemming voor de religies van de christenheid?
Het is alleen maar passend wanneer juist datgene waarin de christenheid haar vertrouwen heeft gesteld — in plaats van op God te vertrouwen — haar val zal teweegbrengen. Laten wij eens zien hoe de profetie in het bijbelboek Openbaring dit afbeeldt.
GEESTELIJKE HOERERIJ VAN DE VALSE RELIGIE
In deze tijd wordt het wereldtoneel beheerst door de zevende wereldmacht van de bijbelse geschiedenis, de Brits-Amerikaanse dualistische wereldmacht. In de bijbel wordt echter over een ACHTSTE WERELDMACHT gesproken. Deze wordt in Openbaring 17:9-11 op zinnebeeldige wijze afgebeeld als een scharlakengekleurd wild beest dat in een visioen aan de apostel Johannes wordt getoond. Op de rug van het beest bevond zich een overspelige vrouw, „Babylon de Grote”.
Wij lezen over dit symbolische „wilde beest”: „De zeven koppen betekenen zeven bergen, waarop de vrouw gezeten is. En er zijn zeven koningen: vijf zijn gevallen, één is er, de andere is nog niet gekomen, maar als hij gekomen zal zijn, moet hij een korte tijd blijven. En het wilde beest dat was maar niet is, is ook zelf een achtste koning, maar spruit voort uit de zeven, en het gaat de vernietiging tegemoet.”
In de tijd dat dit bijbelse visioen werd gegeven, in de eerste eeuw, voerde de zesde wereldmacht, Rome, het bewind. De zevende wereldmacht was nog niet gekomen. De vijf voorgaande wereldmachten die waren „gevallen”, waren achtereenvolgens Egypte, Assyrië, Babylon, Medo-Perzië en Griekenland. „Babylon de Grote” heeft zich met al deze wereldmachten ingelaten door zich in de politiek te mengen en hierin een grote invloed uit te oefenen. Om deze reden wordt ze een „hoer” genoemd, die geestelijke hoererij bedrijft. Ze wordt ook „de grote stad, die een koninkrijk over de koningen der aarde heeft” genoemd (Openb. 17:18). Ze is derhalve een rijk, het wereldrijk van valse religie, waarin de zogenaamd „christelijke” religie altijd de belangrijkste rol heeft gespeeld. Als de belangrijkste kracht die tot het voeren van strijd aanzet en die de wereldmachten ertoe brengt de ware christenen te bestrijden, is ze „dronken . . . van het bloed der heiligen en van het bloed van de getuigen van Jezus”. — Openb. 17:6.
Het „scharlakengekleurde wilde beest” is een achtste „koning”, een achtste wereldmacht. Aangezien het ’uit de zeven voortspruit’, is het niet het communistische blok van natiën. In tegenstelling tot het communistische blok ’was het (een tijdlang), en daarna was het niet; en het komt uit de afgrond (van inactiviteit) te voorschijn en gaat de vernietiging tegemoet’.
De organisatie voor wereldvrede en veiligheid, die eerst (toen ze „was”) als de Volkenbond bekend stond, werd na de Eerste Wereldoorlog gevormd. Ze ging in de afgrond in 1939, toen ze machteloos bleek te zijn om het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog te voorkomen (waardoor ze ’niet was’), en vervolgens ’steeg ze op’ onder een nieuwe naam, de Verenigde Naties. Hoe is ze iets ’walgelijks’ in Gods ogen? Het opvallendste aspect is wel het feit dat ze door een symbolische hoer, een onreine vrouw, wordt bestuurd. Aangezien deze organisatie bovendien door de wereldse machten is gevormd en vooral door de christenheid en haar religies wordt ondersteund — in plaats dat Gods koninkrijk als de hoop voor wereldvrede en veiligheid wordt bezien — is ze een „vriend van de wereld”, hetgeen haar tot een „vijand van God” heeft gemaakt. — Jak. 4:4; Joh. 18:36.
De helft van de lid-staten van de Verenigde Naties beweert thans niet eens christelijk te zijn.
Heeft de organisatie van de Verenigde Naties echter ook niet veel goeds bewerkstelligd? Sommigen zeggen: ’Waarom haar omverwerpen? Ze is alleen maar een poging om de vrede te bewaren.’ Maar was het Romeinse rijk „goed”? Het trachtte de Pax Romana, de Romeinse vrede, over de gehele wereld te bewaren, maar het was niettemin heidens en bleek de verwoester van het religieuze Jeruzalem met zijn tempel te zijn. Later vervolgde het de ware christenen.
DE VERWOESTING VAN DE VALSE RELIGIE
Wat zal de organisatie van de Verenigde Naties volgens de bijbel bewerkstelligen voordat ze ’de vernietiging tegemoet gaat’? Ze blijkt het middel te worden dat „Babylon de Grote” zal vernietigen.
Het verslag beschrijft deze vernietiging van de valse religie als volgt: „De wateren die gij gezien hebt, waar de hoer zit, betekenen volken en scharen en natiën en talen. En de tien horens die gij gezien hebt, en het wilde beest, die zullen de hoer haten en zullen haar woest en naakt maken, en zij zullen haar vleesdelen opeten en zullen haar geheel met vuur verbranden.” — Openb. 17:15, 16.
De Romeinse legers hebben de heilige stad Jeruzalem en haar tempel verwoest. Evenzo zullen de legers die onder het toezicht van de Verenigde Naties staan, het zogenaamde „heilige” gebied van de christenheid — haar valse „christelijke” religies — verwoesten.
Waardoor wordt deze verwoesting in werkelijkheid teweeggebracht? Is ze louter het denkbeeld van de Verenigde Naties? Het is Gods oordeel dat wordt voltrokken aan de ’overspelige’ organisaties van de valse religies die de mensen lange tijd hebben onderdrukt en dit in naam van religie hebben gedaan, waarbij ze God verkeerd hebben voorgesteld en smaad op zijn naam hebben geworpen. Dit is vooral waar in het geval van de religies van de christenheid. Het verslag onthult wie in werkelijkheid achter het vernietigende werk ten aanzien van „Babylon de Grote” staat wanneer er wordt gezegd:
„Want God heeft het hun [de regeerders] in het hart gegeven zijn gedachte uit te voeren, ja, hun ene gedachte uit te voeren door hun koninkrijk aan het wilde beest te geven, totdat de woorden van God volbracht zullen zijn.” — Openb. 17:17.
Om deze reden komt de eer voor het verwijderen van de valse religie Jehovah God toe. In het volgende hoofdstuk van Openbaring wordt Hem hiervoor de eer gegeven in de roep: „Wees vrolijk over haar [Babylon de Grote], . . . want God heeft voor u op gerechtelijke wijze straf van haar geëist!” — Openb. 18:20.
Zal het scharlakengekleurde „wilde beest” dan de vriend van ware christenen zijn? Neen, evenmin als het Romeinse Rijk dit was. Als een vijand moet het „beest” ’de vernietiging tegemoetgaan’ uit handen van Jezus Christus. De koningen die worden voorgesteld door de tien horens van het beest „zullen strijden tegen het Lam, maar het Lam zal hen overwinnen, omdat hij Heer der heren en Koning der koningen is” (Openb. 17:14). Het „walgelijke ding” zal dan verdelgd worden om nooit meer te voorschijn te komen.
EEN TIJD OM STAPPEN TE DOEN
Dat het „walgelijke ding” als een onderdeel van het „teken” van Christus’ tegenwoordigheid op het wereldtoneel verschenen is, duidt erop dat het elk ogenblik het Lam kan gaan aanvallen. De verwoesting van „Babylon de Grote” is derhalve nog dichterbij. Wat betekent dit voor degenen die misschien iets met deze wereldse organisaties te maken hebben?
Gods Woord geeft de aansporing: „Gaat uit van haar [Babylon de Grote], mijn volk, indien gij niet met haar in haar zonden wilt delen, en indien gij geen deel van haar plagen wilt ontvangen.” — Openb. 18:4.
Ontkoming is alleen mogelijk door de bijbel te bestuderen, waardoor wij kunnen zien dat wij thans in deze tijd van oordeel leven, en door een onderscheid te maken tussen ware en valse religie. De moeite die hiervoor nodig is, wordt echter alleszins beloond. Na de vernietiging van alle onrechtvaardige, godonterende organisaties zal het leven op aarde namelijk een verrukking zijn. De mensen zullen dan genezing en blijvende gezondheid ontvangen. Miljoenen die wegens het misleidende en bloed-verspillende bestuur van „Babylon de Grote” hun leven hebben verloren, zullen worden opgewekt ten einde zich te zamen met alle aardbewoners over de verwoesting van de valse religie te verheugen. — Openb. 20:11-13; 21:1-4.