Wat betekent het „heilig” te zijn?
„HEILIG” te zijn wil zeggen in woord en daad rein of zuiver te zijn. Het betekent te beantwoorden aan de goddelijke maatstaf voor wat goed en juist is. Het betekent in moreel opzicht vrij te zijn van bederf.
In zijn brief vermeldde de apostel Petrus de volgende reden waarom Gods dienaren heilig moeten zijn: „Wordt ook gij, in overeenstemming met de heilige die u geroepen heeft, zelf heilig in uw gehele gedrag, want er staat geschreven: ’Gij moet heilig zijn, want ik ben heilig.’” — 1 Petr. 1:15, 16.
Ja, Jehovah God is heilig — rein of zuiver — in de meest volledige betekenis van het woord. Hij is „de heilige”. Over machtige geestelijke schepselen, serafs, staat in de bijbel dat ze verklaren: „Heilig, heilig, heilig is Jehovah der legerscharen” (Jes. 6:3). Zijn voornaamste Zoon, Jezus Christus, sprak hem aan met „Heilige Vader” (Joh. 17:11). Al degenen die belijden zijn dienaren te zijn, moeten er dan ook naar streven zuiverheid te bewaren in heel hun gedrag. Wat houdt dit in?
Om deze vraag te kunnen beantwoorden, zouden wij de verklaring, „Gij moet heilig zijn, want ik ben heilig”, wat nader kunnen onderzoeken. De apostel Petrus haalde deze verklaring aan uit de Mozaïsche wet. Ze staat daar — vers 2 van Leviticus 19 — in een omlijsting die niet alleen aangeeft wat Gods vereisten zijn voor verrichtingen in verband met de eredienst, maar ook ten aanzien van het leven van alledag.
Wij treffen bijvoorbeeld het gebod aan: „Ieder van u dient zijn moeder en zijn vader te vrezen” (Lev. 19:3). Gezonde achting of eerbied voor ouders is essentieel voor de vrede en harmonie van een volk. Dit is zo omdat sterke gezinnen een hechte basis vormen voor een verenigde maatschappij. Aan de andere kant leidt minachting voor ouders tot onenigheid en is het volledig tegengesteld aan wat verwacht mag worden van een volk dat Jehovah God vereert.
Men zou ook mogen verwachten dat een rein of zuiver volk eerbied toont voor de wetten van het land in overeenstemming met Jezus’ onderricht: „Betaalt caesar . . . terug wat van caesar is” (Luk. 20:25). Christenen zullen dus gewetensvol belasting betalen. Zij zullen bijvoorbeeld niet onbekommerd verkeerswetten negeren en belust op sensatie de snelheidsbeperkingen overschrijden wanneer er geen agent te zien is. Zij dienen in alles eerlijk te handelen. Er mag onder hen geen misleiding, bedrog, stelen of liegen voorkomen. Wie in een van deze dingen verwikkeld raakt, zou erin te kort schieten de heiligheid van God te weerspiegelen. Dergelijke dingen worden ook door Gods wet verboden. — Lev. 19:11-13.
De gehandicapten consideratie betonen is nog een manier om ’heilig te zijn zoals Jehovah God heilig is’. Zijn Wet verklaart: „Gij moogt geen kwaad afsmeken over een dove, en voor een blinde moogt gij geen hindernis leggen.” — Lev. 19:14.
Degene die een dove zou bespotten of kwaad over hem zou afsmeken, zou beslist een harteloze houding aan de dag leggen. De dove persoon zou aan het vernederende gepraat van anderen overgeleverd zijn, zonder zich te kunnen verdedigen tegen verklaringen die hij niet kan horen. Ook zou het een weerzinwekkend iets zijn, iets dat volkomen tegen Gods barmhartige wegen ingaat, om een blinde een hindernis in de weg te leggen zodat hij erover zal vallen.
Dit zijn nog maar enkele van de vele levensterreinen waarop Israël, het oude verbondsvolk van Jehovah God, heilig moest zijn. De toepassing die de apostel Petrus geeft aan de oorspronkelijk tot de Israëlieten in de oudheid gerichte verklaring, toont aan dat ook christenen zich op een reine of zuivere wijze moeten gedragen. Voor een christen valt geen enkel aspect van het leven buiten het goddelijke vereiste van heiligheid.
Als wij dus vanuit Gods standpunt bezien heilig willen zijn, moeten wij eerst toenemen in kennis van hem. Wij dienen te begrijpen wat hij goedkeurt of afkeurt en waarom. Dit maakt een zorgvuldige studie van de Schrift noodzakelijk. Vervolgens moeten wij in overeenstemming met nauwkeurige kennis leven.
De discipel Jakobus legde hier de nadruk op door te zeggen: „Wordt daders van het woord en niet alleen hoorders, uzelf met valse overlegging bedriegend.” — Jak. 1:22.
Het bijwonen van christelijke vergaderingen en het eerbiedig luisteren naar wat daar wordt gezegd, is niet toereikend om iemand heilig te maken. Iemand zou zichzelf werkelijk een rad voor de ogen kunnen draaien zodat hij denkt dat in de grond der zaak dit alles is wat er van hem wordt gevraagd. Maar dat is niet waar. Wij dienen onszelf zorgvuldig in het licht van de Schrift te onderzoeken en na te gaan of wij beantwoorden aan Gods maatstaf van heiligheid. Wanneer wij dan opmerken op welke gebieden in ons leven wij te kort schieten, dienen wij ons erop toe te leggen verbeteringen aan te brengen.
Deze kwestie van heilig, rein of zuiver te zijn, vormt geen drukkende last. Het is een uiting van onze liefde voor God (1 Joh. 5:3). Er wordt een beroep op ons gedaan om van ganser harte een aandeel te hebben aan de vervulling van Jezus’ woorden: „Ook moet eerst in alle natiën het goede nieuws worden gepredikt.” — Mark. 13:10.
Door zich aan te passen aan Gods maatstaf van heiligheid, kan een mens maximaal van het leven genieten, want de mens is geschapen om Gods beeld te weerspiegelen (Gen. 1:26). Telkens wanneer mensen erin te kort schieten Gods bewonderenswaardige eigenschappen in hun leven aan de dag te leggen, schaden zij zichzelf en anderen. Maar degene die acht slaat op de Schrift zal gelukkig zijn. — Jak. 1:25.
Als u zich in dit geluk zou willen verheugen, neem er dan de tijd voor Gods Woord te bestuderen en pas het vervolgens in alle facetten van uw leven toe. Leer door ervaring dat de persoon die uit Gods standpunt bezien heilig, zuiver of rein is, werkelijk de beste manier van leven heeft gevonden. Wees ook ijverig in het helpen van anderen in overeenstemming met de bijbel te leven.
[Illustraties op blz. 27]
Hoe kan ik de gehandicapten helpen?
Gehoorzaam ik de wet?