Wiens gebeden worden verhoord?
JEHOVAH is de God die gebeden verhoort. Zijn Woord, de bijbel, noemt hem zelfs de „Hoorder van het gebed” (Psalm 65:2). Hij is bereid gebeden te verhoren. Maar wiens gebeden verhoort hij nu werkelijk?
God verhoort de gebeden van mensen die hem behagen. Zij hebben de eerbiedige houding van de psalmist die zei: „Zoals de hinde die verlangt naar de waterstromen, zo verlangt mijn eigen ziel naar u, o God. Mijn ziel dorst inderdaad naar God, naar de levende God” (Psalm 42:1, 2). Maar wat voor bewijzen zijn er dat Jehovah de gebeden van zijn ware aanbidders verhoort?
Het bewijs dat God gebeden verhoort
De bijbel bevat een uitgebreid historisch verslag dat bewijst dat Jehovah de gebeden van zijn getrouwe dienstknechten verhoort. Toen bijvoorbeeld koning Josafat van Juda om bevrijding bad, verhoorde God zijn gebed en schonk hem de overwinning door ervoor te zorgen dat zijn vijanden elkaar te lijf gingen (2 Kronieken 20:1-26). Toen koning Hizkia eveneens door een formidabele krijgsmacht werd bedreigd, bad hij nederig tot God om hulp. Hizkia kreeg Jehovah’s redding te zien toen een engel in één nacht 185.000 Assyriërs neersloeg. — Jesaja 37:14-20, 36-38.
Waarom verhoorde God die gebeden? In beide gevallen gebruikten de koningen het argument dat verlies van de strijd Jehovah’s naam afbreuk zou doen (2 Kronieken 20:6-9; Jesaja 37:17-20). Zijn reputatie ging hun ter harte. „Het uiteindelijke doel van een gebed”, aldus The International Standard Bible Encyclopedia, „is niet louter het welzijn van de smekeling maar de eer van Gods naam.” Daarom kunnen getrouwe dienstknechten van Jehovah er zeker van zijn dat hij hen „ter wille van zijn naam” zal helpen. Het verslag dat bewijst dat dergelijke gebeden verhoord zijn, geeft Gods volk het vertrouwen dat hij hun gebeden hoort. — Psalm 91:14, 15; 106:8; Spreuken 18:10.
Maar zelfs indien Jehovah’s naam bij een situatie in het geding is, beslist God of hij bepaalde gebeden al dan niet zal verhoren. Hij kan gegronde redenen hebben om sommige gebeden niet te verhoren. Als wij het gevoel hebben dat onze gebeden niet verhoord worden, is het goed te beschouwen waarom dit het geval kan zijn.
Waarom sommige gebeden niet worden verhoord
„Ook al zendt gij veel gebeden op, ik luister niet”, zei Jehovah eens tot de Israëlieten. Vervolgens wees hij op de reden met de woorden: „Met bloedvergieten zijn uw eigen handen vervuld geworden” (Jesaja 1:15). Hoe zou iemand Jehovah’s wet kunnen negeren en toch gehoor bij hem vinden? Een bijbelse spreuk geeft daarop het volgende duidelijke antwoord: „Hij die zijn oor afwendt van het horen der wet — zelfs zijn gebed is iets verfoeilijks.” — Spreuken 28:9.
De bijbel geeft nog een reden waarom sommige gebeden niet worden verhoord, door te zeggen: „Gij vraagt en toch ontvangt gij niet, omdat gij met een verkeerde bedoeling vraagt, om het te besteden voor uw begeerten naar zingenot” (Jakobus 4:3). Nee, Jehovah zal gebeden voor het bevredigen van verkeerde verlangens niet verhoren. Wij moeten ook bedenken dat God zich om zo te zeggen niet door mensen laat commanderen. Hij is Degene die beslist hoe hij onze gebeden zal verhoren.
Gebeden die zeker verhoord zullen worden, zijn gebeden die tot God worden opgezonden uit een rein hart, met een juiste beweegreden en via de weg die hij heeft vastgesteld — door bemiddeling van Jezus Christus (Johannes 14:6, 14). Maar zelfs mensen wier gebeden aan die vereisten voldoen, hebben soms het gevoel dat zij niet worden verhoord. Waarom zou God bepaalde gebeden van zijn dienstknechten niet onmiddellijk verhoren?
Jehovah kent het beste tijdstip om een gebed te verhoren. Ook al vraagt een jongen om een fiets, zijn vader koopt er misschien geen totdat het kind oud genoeg is om er veilig op te kunnen rijden. Hetzelfde kan gelden voor sommige gebeden van mensen die God liefhebben. Wetend wat het beste voor hen is, schenkt hij wat nodig is op de gunstigste tijd ervoor.
Toch krijgen Jehovah’s dienstknechten niet alles waarom zij misschien bidden. Omdat zij onvolmaakt zijn, verlangen zij soms wellicht dingen die niet goed voor hen zouden zijn. Hun liefhebbende hemelse Vader zal hun niet iets geven wat schadelijk is, want hij is de Gever van „elke goede gave en elk volmaakt geschenk” (Jakobus 1:17). Ook kan het gebeuren dat God wellicht iets niet geeft wat van zijn standpunt uit niet noodzakelijk is. (Vergelijk 2 Korinthiërs 12:7-10.) Hij verhoort gebeden in overeenstemming met zijn wil en met het voornemen dat hij ten aanzien van zijn volk heeft. — 1 Johannes 5:14, 15.
Verhoring in Jezus’ geval
Jezus Christus was een man van gebed (Mattheüs 6:9-13; Johannes 17:1-26). Hij had het volste vertrouwen dat zijn hemelse Vader zijn gebeden zou horen en verhoren. Jezus heeft eens gezegd: „Vader, . . . Ik wist wel dat gij mij altijd verhoort” (Johannes 11:41, 42). Maar werd Jezus helemaal aan het eind van zijn aardse loopbaan niet teleurgesteld? Riep hij toen niet uit: „Mijn God, mijn God, waarom hebt gij mij verlaten?” — Mattheüs 27:46.
Toen Jezus die woorden uitsprak, vervulde hij klaarblijkelijk een profetie betreffende zijn dood (Psalm 22:1). In een beperkte betekenis kan Jezus ook bedoeld hebben dat Jehovah zijn bescherming had weggenomen en zijn Zoon een pijnlijke en beschamende dood liet sterven teneinde zijn rechtschapenheid tot het uiterste te beproeven. Een beschouwing van de gebeurtenissen op die laatste dag van Jezus’ aardse leven laat zien dat God zijn gebeden verhoorde.
Op de avond van zijn arrestatie bad Jezus in de tuin van Gethsemane. Driemaal smeekte hij: „Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker aan mij voorbijgaan” (Mattheüs 26:39, 42, 44). Jezus was niet onwillig zijn leven als loskoopoffer voor de gelovige mensheid te geven. Nee, maar hij was kennelijk diep bezorgd over de mogelijkheid zijn innig geliefde Vader te onteren door als een vervloekte godslasteraar aan een martelpaal te sterven. Verhoorde Jehovah Jezus’ gebed?
Jaren later schreef de apostel Paulus: „In de dagen van zijn vlees heeft Christus, met sterk geroep en tranen, smekingen en ook smeekbeden opgedragen aan Degene die hem uit de dood kon redden, en hij werd wegens zijn godvruchtige vrees verhoord” (Hebreeën 5:7; Lukas 22:42, 44). Ja, in de hartverscheurende nacht voor zijn dood werd Jezus verhoord. Maar hoe?
Jehovah zond een engel, die aan Jezus ’verscheen en hem sterkte’ (Lukas 22:43). Aldus gesterkt kon Jezus de dood aan de martelpaal onder de ogen zien. Blijkbaar gaf Jehovah hem toen de verzekering dat zijn dood aan de paal geen smaad op de goddelijke naam zou werpen, maar uiteindelijk juist het middel zou zijn dat zou worden gebruikt om die naam te heiligen. Ja, juist Jezus’ dood aan de martelpaal opende voor joden, die anders onder de vloek van de Wet stonden, een weg waardoor zij van het doodvonnis konden worden gered. — Galaten 3:11-13.
Drie dagen later wekte Jehovah Jezus uit de dood op en zuiverde hem van iedere eventuele beschuldiging van godslastering door hem tot een superieure hemelse positie te verhogen (Filippenzen 2:7-11). Wat een luisterrijke manier om Jezus’ gebed betreffende „deze beker” te verhoren! Dat gebed werd verhoord op Jehovah’s manier. En Jezus ervoer schitterende zegeningen omdat hij tot zijn hemelse Vader had gezegd: „Niet mijn wil, maar de uwe geschiede.” — Lukas 22:42.
Hoe Jehovah thans gebeden verhoort
Wie in deze tijd Jehovah willen behagen, dienen net als Jezus altijd te vragen of Gods wil mag geschieden. Zij moeten het geloof hebben dat Jehovah hun gebeden zo zal verhoren dat zij er het meeste baat bij hebben. Hij zal zelfs ’overvloedig veel meer doen dan alles wat zij vragen of waarvan zij zich een denkbeeld kunnen vormen’. — Efeziërs 3:20.
Een jonge christelijke vrouw die bij haar ongelovige ouders woonde, ondervond de waarachtigheid van die schriftplaats. In een brief van het Wachttorengenootschap werd haar gevraagd onder gebed de mogelijkheid te beschouwen een speciale zendingstoewijzing te aanvaarden. Hoewel zij met heel haar hart de wens koesterde thuis te blijven om haar ouders te helpen christenen te worden, vroeg zij God in gebed: „Wat is uw wil? Is het deze uitnodiging te aanvaarden, ongeacht de tegenstand van mijn ouders, of is het mijn ouders te helpen door bij hen te blijven wonen?” Telkens wanneer zij bad, zei haar geweten haar dat zij de uitnodiging moest aanvaarden. Zij kwam tot de slotsom dat dit het antwoord van Jehovah was.
God sterkte deze vrouw om aan haar besluit vast te houden. Toen haar gevraagd werd te verhuizen naar het eiland Awaji (Japan), waren haar ouders ontzet en verhevigden hun tegenstand. Maar toen haar moeder haar niet kon overreden van gedachten te veranderen, besloot zij de bijbel te bestuderen, alleen maar om te zien waarom haar dochter toch zo’n besluit nam. Drie maanden later brachten haar ouders haar een bezoek. Toen haar vader zag hoe goed er door andere getuigen van Jehovah voor haar werd gezorgd, was hij diep onder de indruk, en toen er niemand bij was, huilde hij. Al spoedig begon ook hij de bijbel te bestuderen. Uiteindelijk werden beide ouders van deze jonge vrouw gedoopt en begonnen zij Jehovah getrouw te dienen. Heeft Jehovah God deze christelijke vrouw niet overvloedig gezegend?
Hun gebeden worden verhoord
Herinnert u zich de woorden van de vrouw die aan het begin van het vorige artikel werd genoemd? Zij had nooit de gewaarwording gehad dat haar gebeden verhoord werden. Maar later ging zij inzien dat God haar gebeden wel verhoorde. De vrouw had aantekeningen gemaakt van de hoofdpunten van haar gebeden. Op een dag keek zij het aantekenboekje door en besefte dat Jehovah de meeste van haar gebeden had verhoord, zelfs die welke zijzelf vergeten was! Zo wist zij dat God zich om haar bekommerde en haar gebeden op tedere wijze zo verhoorde dat zij er het meeste baat bij had.
Indien u van mening bent dat uw gebeden niet worden verhoord, vraag u dan af: ’Heb ik een persoonlijke verhouding met Jehovah, de „Hoorder van het gebed”? Zo niet, doe ik dan stappen om over hem te leren en een van zijn opgedragen dienstknechten te worden?’ Hij verhoort de gebeden van hen die hem liefhebben en zijn wil doen. Zij ’houden aan in het gebed’ en worden verhoord, net als Jezus (Romeinen 12:12). Dus „stort uw hart voor [Jehovah] uit” en doe zijn wil (Psalm 62:8). Dan zullen uw gebeden verhoord worden.
Miljoenen mensen in deze tijd bidden om iets speciaals. Ja, en hun gebeden worden verhoord. Laten wij zien waarom wij er zeker van kunnen zijn dat zulke gebeden zullen worden verhoord.