Wie volgen het licht der wereld?
„Gij schijnt als lichtgevers in de wereld.” — FILIPPENZEN 2:15.
1. Wat zegt de bijbel over religieuze imitatielichten?
DE BIJBEL identificeert Jezus duidelijk als „een groot licht”, „het licht der wereld” (Jesaja 9:2; Johannes 8:12). Toch volgden betrekkelijk weinig mensen hem toen hij op aarde was. De meerderheid verkoos imitatielichten te volgen, die in werkelijkheid duisternis verspreidden. Over hen zegt Gods Woord: „Zulke mensen zijn valse apostelen, bedrieglijke werkers, die zich veranderen in apostelen van Christus. En geen wonder, want Satan zelf blijft zich veranderen in een engel des lichts. Het is daarom niets groots indien ook zijn dienaren zich blijven veranderen in dienaren van rechtvaardigheid. Maar hun einde zal zijn overeenkomstig hun werken.” — 2 Korinthiërs 11:13-15.
2. Op basis waarvan zouden de mensen volgens Jezus geoordeeld worden?
2 Dus niet alle mensen willen het licht, hoe schitterend het ook is. Jezus zei: „Dit . . . is de basis voor het oordeel, dat het licht in de wereld is gekomen, maar de mensen hebben de duisternis meer liefgehad dan het licht, omdat hun werken goddeloos waren. Want hij die verachtelijke dingen beoefent, haat het licht en komt niet tot het licht, opdat zijn werken niet worden terechtgewezen.” — Johannes 3:19, 20.
Zij die de duisternis liefhebben
3, 4. Hoe gaven de religieuze leiders in Jezus’ tijd er blijk van dat zij het licht niet wilden volgen?
3 Beschouw eens hoe dat het geval was toen Jezus zich op aarde bevond. God had Jezus in staat gesteld opzienbarende wonderen te verrichten als een manier om te bewijzen dat hij de Messias was. Op een sabbatdag bijvoorbeeld herstelde hij het gezichtsvermogen van een blindgeboren man. Wat een prachtige daad van barmhartigheid! Wat was de man dankbaar! Voor de allereerste keer in zijn leven kon hij zien! Maar hoe reageerden de religieuze leiders? Johannes 9:16 vertelt: „Toen zeiden sommigen der Farizeeën [over Jezus]: ’Deze mens is niet van God, want hij onderhoudt de sabbat niet.’” Hoe verdorven was hun hart! Er had een wonderbaarlijke gezondmaking plaatsgevonden, maar in plaats van uiting te geven aan vreugde over de vroegere blinde en waardering voor de genezer, veroordeelden zij Jezus! Door dat te doen, zondigden zij ongetwijfeld tegen de manifestatie van Gods heilige geest, een onvergeeflijke zonde. — Mattheüs 12:31, 32.
4 Later, toen deze huichelaars de vroegere blinde vragen stelden over Jezus, zei de man: „Dit is stellig verwonderlijk, dat gij niet weet vanwaar hij [Jezus] is, en toch heeft hij mijn ogen geopend. Wij weten dat God niet naar zondaars luistert, maar als iemand godvrezend is en zijn wil doet, dan luistert hij naar zo iemand. Van oudsher heeft men nog nooit gehoord dat iemand de ogen van een blindgeborene heeft geopend. Als deze man [Jezus] niet van God was, zou hij in het geheel niets kunnen doen.” Hoe reageerden de religieuze leiders? „Zij gaven hem ten antwoord: ’Gij zijt geheel en al in zonden geboren, en leert gij nochtans ons?’ En zij wierpen hem uit!” Wat een gebrek aan mededogen! Zij hadden een hart van steen. Daarom zei Jezus tot hen dat zij, hoewel zij met hun letterlijke ogen konden zien, geestelijk blind waren. — Johannes 9:30-41.
5, 6. Wat deden de religieuze leiders uit de eerste eeuw waaruit bleek dat zij de duisternis liefhadden?
5 Dat deze religieuze huichelaars zondigden tegen Gods geest trad duidelijk aan het licht bij een andere gelegenheid, toen Jezus Lazarus uit de dood opwekte. Wegens dat wonder stelden velen van het gewone volk geloof in Jezus. Merk echter op wat de religieuze leiders deden. „De overpriesters en de Farizeeën riepen . . . het Sanhedrin bijeen en zeiden toen: ’Wat staat ons te doen, want deze mens verricht vele tekenen? Als wij hem zo laten begaan, zullen zij allemaal geloof in hem stellen, en de Romeinen zullen komen en zowel onze plaats als onze natie wegnemen’” (Johannes 11:47, 48). Zij maakten zich zorgen over hun positie en aanzien. Tot elke prijs wilden zij de Romeinen behagen, niet God. Wat deden zij dus? „Van die dag af . . . beraadslaagden zij om [Jezus] te doden.” — Johannes 11:53.
6 Was dat alles? Nee. Wat zij vervolgens deden, toont aan hoezeer zij de duisternis liefhadden: „De overpriesters beraadslaagden nu om ook Lazarus te doden, omdat vanwege hem velen der joden daarheen gingen en geloof stelden in Jezus” (Johannes 12:10, 11). Wat een onvoorstelbare goddeloosheid! Maar wat gebeurde er in weerwil van alles wat zij deden om hun positie te beschermen? Nog in diezelfde generatie kwamen zij in opstand tegen de Romeinen, die zich in 70 G.T. tegen hen keerden en niet alleen hun plaats en hun natie, maar ook hun leven wegnamen! — Jesaja 5:20; Lukas 19:41-44.
Het mededogen van Jezus
7. Waarom kwamen degenen die de waarheid liefhadden, in grote drommen naar Jezus toe?
7 Zo willen ook in onze tijd niet alle mensen geestelijke verlichting ontvangen. Maar degenen die de waarheid liefhebben, komen graag tot het licht. Zij willen dat God hun Soeverein is en keren zich vol verlangen tot Jezus, die door God is gezonden om te verklaren wat het licht is, en zij volgen hem. Dat deden nederige mensen toen Jezus op aarde was. Zij kwamen in drommen naar hem toe. Zelfs de Farizeeën moesten dat toegeven. Zij klaagden: „De wereld is hem achternagelopen” (Johannes 12:19). Met schapen te vergelijken mensen hadden Jezus lief omdat hij het tegenovergestelde was van de zelfzuchtige, arrogante, op macht beluste religieuze leiders over wie Jezus zei: „Zij binden zware vrachten samen en leggen die op de schouders der mensen, maar zelf willen zij ze met hun vinger niet verroeren. Alle werken die zij doen, doen zij om door de mensen gezien te worden.” — Mattheüs 23:4, 5.
8. Welke houding bezat Jezus in tegenstelling tot de religieuze huichelaars?
8 Merk in tegenstelling hiermee de meedogende houding van Jezus op: „Bij het zien van de scharen had hij medelijden met hen, omdat zij gestroopt en heen en weer gedreven waren als schapen zonder herder” (Mattheüs 9:36). En wat deed hij daaraan? Hij zei tot degenen die door Satans samenstel uitgebuit waren: „Komt tot mij, allen die zwoegt en zwaar beladen zijt, en ik zal u verkwikken. Neemt mijn juk op u en leert van mij, want ik ben zachtaardig en ootmoedig van hart, en gij zult verkwikking vinden voor uw ziel. Want mijn juk is weldadig en mijn vracht is licht” (Mattheüs 11:28-30). Jezus deed wat in Jesaja 61:1, 2 over hem was voorzegd, waar staat: „Jehovah [heeft] mij . . . gezalfd om de zachtmoedigen goed nieuws te vertellen. Hij heeft mij gezonden om de gebrokenen van hart te verbinden, om vrijheid uit te roepen tot de gevangengenomenen en het wijde openen van de ogen zelfs tot de gevangenen; om uit te roepen het jaar van goede wil van de zijde van Jehovah en de dag der wraak van de zijde van onze God; om alle treurenden te troosten.”
De lichtdragers bijeenbrengen
9. Welke uitermate belangrijke gebeurtenissen vonden in 1914 plaats?
9 Na zijn hemelvaart moest Jezus wachten totdat de tijd was aangebroken waarop God hem Koninkrijksmacht zou verlenen. Dan zou hij „de schapen” van „de bokken” scheiden (Mattheüs 25:31-33; Psalm 110:1, 2). Die tijd brak aan toen in 1914 „de laatste dagen” begonnen (2 Timotheüs 3:1-5). Jezus, gemachtigd als Koning van Gods hemelse koninkrijk, begon degenen die het licht wilden volgen, aan zijn rechterhand van gunst bijeen te brengen. Na de Eerste Wereldoorlog won dat bijeenvergaderingswerk steeds meer aan kracht.
10. Welke vraag kan gesteld worden over degenen die Jezus in het bijeenvergaderingswerk gebruikt?
10 Onder leiding van Christus Jezus is het bijeenvergaderingswerk met groot succes bekroond. Nimmer tevoren in de geschiedenis zijn zo veel mensen uit alle natiën in de verlichte ware aanbidding bijeengebracht. En wie in deze tijd volgen het van God en Christus afkomstige licht? Wie doen wat in Filippenzen 2:15 staat, namelijk ’als lichtgevers in de wereld schijnen’, terwijl zij anderen uitnodigen om te ’komen en het water des levens om niet te nemen’? — Openbaring 22:17.
11. Waar staat de christenheid met betrekking tot het geestelijke licht?
11 Doet de christenheid dat? De christenheid, met haar verdeeldheid brengende religies, schijnt beslist niet als lichtgever. In feite zijn de geestelijken net als de religieuze leiders in Jezus’ tijd. Zij weerkaatsen niet het van God en Christus afkomstige ware licht. Drieëndertig jaar geleden stond in het tijdschrift Theology Today: „Helaas moet worden erkend dat dit licht niet met gezaghebbende helderheid in de Kerk straalt. . . . De Kerk is steeds meer gaan lijken op de gemeenschappen om haar heen. Ze is niet zozeer het licht der wereld als wel een reflector van lichten die in de wereld zelf schijnen.” En de toestand waarin de christenheid verkeert, is thans nog erger. Het van de wereld afkomstige zogenaamde licht dat ze weerkaatst, is in werkelijkheid duisternis, want dat is alles wat Satan en zijn wereld te bieden hebben. Nee, er komt geen waarheidslicht van de tegenstrijdige en door en door wereldse religies van de christenheid.
12. Wie vormen in deze tijd de ware lichtdragende organisatie?
12 Er kan met stelligheid gezegd worden dat de nieuwe-wereldmaatschappij van Jehovah’s Getuigen de ware lichtdragende organisatie in deze tijd is. Eensgezind laten al haar leden — mannen, vrouwen en jongeren — hun van Jehovah en Christus afkomstige licht voor heel de mensheid schijnen. Het afgelopen jaar waren in bijna 70.000 gemeenten van Jehovah’s Getuigen over de hele wereld ruim vier miljoen lichtdragers druk bezig anderen over God en zijn voornemens te vertellen. En elk jaar zien wij een aanhoudende enorme bijeenvergadering van mensen die ook geestelijk verlicht willen worden. Honderdduizenden worden gedoopt nadat zij de bijbel hebben bestudeerd en tot een nauwkeurige kennis van de waarheid zijn gekomen. Werkelijk, het is Gods wil „dat alle soorten van mensen worden gered en tot een nauwkeurige kennis van de waarheid komen”. — 1 Timotheüs 2:4.
13. Waarmee kunnen wij het van Jehovah afkomstige licht vergelijken?
13 Wij zouden de in deze tijd van Jehovah afkomstige geestelijke verlichting kunnen vergelijken met wat er gebeurde toen Gods volk uit de oudheid Egypte verliet. „Jehovah ging voor hen uit, overdag in een wolkkolom, om hen op de weg te leiden, en ’s nachts in een vuurzuil, ten einde hun licht te geven om overdag en ’s nachts te trekken” (Exodus 13:21, 22). De wolk overdag en het vuur bij nacht waren van God afkomstige betrouwbare gidsen. Ze waren even betrouwbaar als de zon, die door God geschapen werd om ons overdag licht te verschaffen. Zo kunnen wij er ook op vertrouwen dat Jehovah in geestelijke zin de weg voor waarheidszoekers in deze boze laatste dagen zal blijven verlichten. Spreuken 4:18 verzekert ons: „Het pad van de rechtvaardigen is als het glanzende licht, dat steeds helderder wordt tot de dag stevig bevestigd is.”
Koninkrijkslicht weerkaatsen
14. Wat moet het voornaamste doel van lichtdragers zijn?
14 Hoewel Jehovah de Bron van verlichting is en Christus de Voornaamste Weerkaatser van dat licht, moeten ook de volgelingen van Jezus het weerkaatsen. Hij zei over hen: „Gij zijt het licht der wereld. . . . Laat . . . uw licht voor de mensen schijnen, opdat zij uw voortreffelijke werken mogen zien en uw Vader, die in de hemelen is, heerlijkheid geven” (Mattheüs 5:14, 16). En wat was het centrale thema van dit licht dat zijn volgelingen voor de mensheid moesten laten schijnen? Wat moesten zij op dit hoogtepunt in de wereldgeschiedenis onderwijzen? Jezus zei niet dat zijn volgelingen democratie, dictatuur, eenheid van Kerk en Staat of enige andere wereldlijke ideologie zouden prediken. In plaats daarvan voorzei hij in Mattheüs 24:14 dat ondanks wereldomvattende tegenstand „dit goede nieuws van het koninkrijk . . . op de gehele bewoonde aarde [zou] worden gepredikt tot een getuigenis voor alle natiën, en dan [zou] het einde komen”. Bijgevolg vertellen lichtdragers in deze tijd anderen over Gods koninkrijk, dat een einde zal maken aan Satans wereld en de rechtvaardige nieuwe wereld zal inluiden. — 1 Petrus 2:9.
15. Waartoe zullen degenen die het licht liefhebben, zich keren?
15 Degenen die het licht liefhebben, zullen zich niet op een dwaalspoor laten brengen door de beweringen en doeleinden van deze wereld. Al die beweringen en doeleinden zullen spoedig in rook opgaan, aangezien deze wereld haar einde nadert. In plaats daarvan zullen degenen die rechtvaardigheid liefhebben, zich willen keren tot het goede nieuws dat wordt verkondigd door hen die het licht van Gods koninkrijk tot de verre uithoeken van de aarde laten schijnen. Zij zijn het die werden voorzegd in Openbaring 7:9, 10, waar staat: „Ik [zag], en zie! een grote schare, die niemand tellen kon, uit alle natiën en stammen en volken en talen, staande voor de troon [van God] en voor het Lam [Christus] . . . En zij blijven met een luide stem roepen en zeggen: ’Redding hebben wij te danken aan onze God, die op de troon is gezeten, en aan het Lam.’” In vers 14 staat: „Dezen zijn het die uit de grote verdrukking komen.” Ja, zij overleven het einde van deze wereld en gaan de nimmer eindigende nieuwe wereld onder Gods koninkrijk binnen.
De verlichte nieuwe wereld
16. Wat zal er in de grote verdrukking met Satans wereld gebeuren?
16 De nieuwe wereld zal baden in het stralende waarheidslicht. Ja, beschouw eens hoe de situatie zal zijn op de dag nadat God een eind heeft gemaakt aan dit samenstel van dingen. Satan, zijn demonen en zijn politieke, commerciële en religieuze stelsels zullen allemaal verdwenen zijn! Satans hele propagandamachine zal eveneens verdwenen zijn. Na de grote verdrukking zal er dus nooit meer één krant, tijdschrift, boek, brochure of folder gedrukt worden waarin propaganda gevoerd wordt voor deze goddeloze wereld. Er zullen geen verderfelijke invloeden worden uitgezonden door wereldse televisie- of radiostations. Het hele giftige milieu van Satans wereld zal met één grote klap weggevaagd worden! — Mattheüs 24:21; Openbaring 7:14; 16:14-16; 19:11-21.
17, 18. Hoe zou u het geestelijke milieu na het einde van Satans wereld beschrijven?
17 Wat een enorme opluchting zal dat zijn! Van die dag af zal de mensheid alleen beïnvloed worden door het heilzame, verheffende geestelijke licht dat van Jehovah en zijn koninkrijk afkomstig is. In Jesaja 54:13 wordt het als volgt voorzegd: „Al uw zonen zullen door Jehovah onderwezen personen zijn, en de vrede van uw zonen zal overvloedig zijn.” Wanneer dan Gods regering over de gehele aarde heerst, is het, volgens zijn belofte in Jesaja 26:9, „rechtvaardigheid wat de bewoners van het produktieve land stellig zullen leren”.
18 Het hele mentale en geestelijke milieu zal snel ten goede veranderen. Verheffende dingen zullen aan de orde van de dag zijn, in plaats van de deprimerende immorele dingen die thans zo wijdverbreid zijn. Iedereen die dan leeft, zal onderwezen worden in de waarheid omtrent God en zijn voornemens. De profetie van Jesaja 11:9 zal in de meest volledige betekenis worden vervuld. Daar staat: „De aarde zal stellig vervuld zijn van de kennis van Jehovah, zoals de wateren ook de zee bedekken.”
Dringend noodzakelijk het licht te volgen
19, 20. Waarom moeten degenen die het licht willen volgen, hun waakzaamheid niet verliezen?
19 Nu, in de laatste jaren van dit boze samenstel, is het dringend noodzakelijk het licht der wereld te volgen. En wij moeten op onze hoede zijn, want er wordt een felle oorlog gevoerd om ons ervan te weerhouden in het licht te wandelen. Deze tegenstand komt van de krachten der duisternis — van Satan, zijn demonen en zijn aardse organisatie. Daarom waarschuwt de apostel Petrus: „Houdt uw zinnen bij elkaar, weest waakzaam. Uw tegenstander, de Duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek om iemand te verslinden.” — 1 Petrus 5:8.
20 Satan zal elke mogelijke belemmering op het pad leggen van degenen die met het licht in aanraking komen, omdat hij wil dat zij in de duisternis blijven wandelen. Het kan druk van de zijde van tegen de waarheid gekante familieleden of vroegere vrienden zijn. Het kunnen twijfels aangaande de bijbel zijn omdat men verblind is door de leringen van de valse religie of de propaganda van ongelovige atheïsten en agnostici. Het kunnen iemands eigen zondige neigingen zijn die het moeilijk maken naar de goddelijke vereisten te leven.
21. Wat moeten allen doen die in Gods nieuwe wereld willen leven?
21 Maar wilt u, ongeacht de belemmeringen die er nu mogen zijn, van het leven genieten in een wereld vrij van armoede, misdaad, onrecht en oorlog? Wilt u zich verheugen in volmaakte gezondheid en eeuwig leven op een paradijsaarde? Stel dan geloof in Jezus en volg hem als het licht der wereld, en luister naar de boodschap van degenen die vasthouden aan „het woord des levens” en die ’als lichtgevers in de wereld schijnen’. — Filippenzen 2:15, 16.
Wat zou u antwoorden?
◻ Hoe tonen religieuze leiders dat zij de duisternis liefhebben?
◻ Welke houding legde Jezus jegens mensen aan de dag?
◻ Hoe heeft de bijeenvergadering van lichtdragers voortgang gevonden?
◻ Welke uitermate belangrijke veranderingen zullen spoedig plaatsvinden?
◻ Waarom is het dringend noodzakelijk thans het licht der wereld te volgen?
[Illustratie op blz. 14, 15]
De hardvochtige Farizeeën wierpen de man uit wiens ogen door Jezus geopend waren