SCHATTEN UIT GODS WOORD | MATTHEÜS 12, 13
De illustratie van de tarwe en het onkruid
Jezus gebruikte de tarwe en het onkruid om te illustreren hoe en wanneer hij de hele tarweklasse (gezalfde christenen) uit zou kiezen en bijeen zou brengen.
‘Iemand zaaide goed zaad op zijn akker’
Zaaier: Jezus Christus
Goed zaad wordt gezaaid: Jezus’ discipelen worden met heilige geest gezalfd
De akker: de mensenwereld
‘Terwijl de mensen sliepen, kwam zijn vijand en zaaide onkruid tussen de tarwe’
Vijand: de Duivel
De mensen sliepen: dood van de apostelen
‘Laat ze samen opgroeien tot de oogst’
Tarwe: gezalfde christenen
Onkruid: namaakchristenen
‘Verzamel eerst het onkruid (...). Breng daarna de tarwe bijeen’
Slaven/oogsters: engelen
Onkruid verzameld: namaakchristenen worden gescheiden van gezalfde christenen
Bijeenbrengen in de voorraadschuur: gezalfde christenen worden bijeengebracht in de gereinigde gemeente
Wat was aan het begin van de oogsttijd het verschil tussen ware christenen en namaakchristenen?
Welke voordelen heeft het voor mij dat ik deze illustratie begrijp?