14 Maar tegen de oudsten had hij gezegd: ‘Wacht hier op ons tot we terug zijn.+ Aäron en Hur+ zijn bij jullie. Als iemand een rechtszaak heeft, kan hij naar hen toe gaan.’+
14 Maar tot de oudere mannen had hij gezegd: „Wacht op deze plaats op ons totdat wij tot U terugkeren.+ En ziet! Aä̱ron en Hur+ zijn bij U. Al wie een rechtszaak heeft,* wende zich tot hen.”+