35 Toen Jehovah een verbond met hen sloot,+ gebood hij hun: ‘Jullie mogen geen andere goden vereren. Buig je niet voor ze neer, dien ze niet en breng ze geen slachtoffers.+
35 toen Jehovah een verbond+ met hen sloot en hun het volgende gebood: „GIJ moogt geen andere goden vrezen,+ en GIJ moogt U voor die niet neerbuigen, noch ze dienen* noch er slachtoffers aan brengen.+