33 Farao Ne̱cho+ zette hem gevangen in Ri̱bla,+ in het land van Ha̱math, zodat hij niet meer in Jeruzalem zou regeren. Hij legde het land toen een boete op van 100 talenten* zilver en een talent goud.+
33 En farao Ne̱cho+ sloot hem ten slotte te Ri̱bla,+ in het land van Ha̱math, in boeien,+ opdat hij niet te Jeru̱zalem zou regeren,* en legde het land toen een boete op+ van honderd* talenten zilver+ en een talent goud.+