Genesis 13:8 Nieuwewereldvertaling van de Bijbel 8 Daarom zei Abram tegen Lot:+ ‘Laat er alsjeblieft geen ruzie zijn tussen jou en mij en tussen jouw herders en mijn herders, want we zijn broeders. Genesis 13:8 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 8 Derhalve zei A̱bram tot Lot:+ „Laat er alstublieft niet voortdurend ruzie zijn tussen mij en u en tussen mijn veehoeders en uw veehoeders, want wij mannen zijn broeders.+ Genesis Index van Wachttoren-publicaties 1986-2024 13:8 w16.05 5-6; w04 15/1 27; w01 15/8 26-27; w00 15/8 24 Genesis Index van Wachttoren-publikaties 1946-1985 13:8 w71 543; si63 15; w65 575; g63 8/11 4; g62 22/5 4 Genesis Studiehulp voor Jehovah’s Getuigen 2019 13:8 De Wachttoren (studie-uitgave),5/2016, blz. 5-6 De Wachttoren,15/1/2004, blz. 2715/8/2001, blz. 26-2715/8/2000, blz. 24
8 Daarom zei Abram tegen Lot:+ ‘Laat er alsjeblieft geen ruzie zijn tussen jou en mij en tussen jouw herders en mijn herders, want we zijn broeders.
8 Derhalve zei A̱bram tot Lot:+ „Laat er alstublieft niet voortdurend ruzie zijn tussen mij en u en tussen mijn veehoeders en uw veehoeders, want wij mannen zijn broeders.+
13:8 De Wachttoren (studie-uitgave),5/2016, blz. 5-6 De Wachttoren,15/1/2004, blz. 2715/8/2001, blz. 26-2715/8/2000, blz. 24