33 Ze werd opnieuw zwanger en bracht een zoon ter wereld. Toen zei ze: ‘Jehovah heeft naar me geluisterd, want ik was niet geliefd en daarom heeft hij mij ook deze zoon gegeven.’ Om die reden noemde ze hem Simeon.*+
33 En zij werd wederom zwanger en baarde een zoon en zei toen: „Het is omdat Jehovah heeft geluisterd,+ want ik werd gehaat en daarom heeft hij mij ook deze gegeven.” Derhalve gaf zij hem de naam Si̱meon.*+