4 Omdat de farao niet naar jullie zal luisteren, zal ik Egypte de macht van mijn hand tonen. Ik zal mijn grote menigte,* mijn volk, de Israëlieten, wegleiden uit Egypte, dat ik zwaar zal straffen.+
4 En Farao zal niet naar ulieden luisteren;+ en ik zal mijn hand op Egy̱pte moeten leggen en mijn legers,+ mijn volk,+ de zonen van I̱sraël,+ met zware strafgerichten+ uit het land Egy̱pte moeten leiden.