10 Op de achtste dag moet hij twee jonge rammen zonder gebreken meenemen, één ooilam+ van nog geen jaar oud zonder gebreken, drie tiende efa* meelbloem met olie vermengd als graanoffer,+ en één log* olie.+
10 En op de achtste+ dag zal hij twee gave jonge rammen* nemen en één gaaf ooilam+ van nog geen jaar en drie tiende efa meelbloem als een graanoffer,+ met olie bevochtigd, en één log-maat* olie;+