4 Wanneer jullie de Jordaan zijn overgestoken, moeten jullie deze stenen oprichten op de berg E̱bal+ en ze met kalk bestrijken,* zoals ik jullie vandaag opdraag.
4 En het moet geschieden dat wanneer GIJ de Jorda̱a̱n zijt overgetrokken, GIJ deze stenen dient op te richten, juist zoals ik U heden gebied, op de berg E̱bal,*+ en gij moet ze met kalk witten.+