37 Verder zei ze: ‘Alleen vraag ik u één ding: geef me twee maanden en laat me naar de bergen gaan. Laat me met mijn vriendinnen om mijn maagdelijkheid treuren.’*
37 Voorts zei zij tot haar vader: „Moge deze zaak ten aanzien van mij worden gedaan: Laat mij twee maanden lang alleen, en laat mij gaan, en ik wil afdalen op de bergen, en laat mij mijn maagdelijkheid+ bewenen, ik en mijn metgezellinnen.”