7 en Jehovah zei tegen hem: ‘Luister naar alles wat het volk tegen je zegt, want ze hebben niet jou afgewezen, maar ze hebben mij afgewezen als hun koning.+
7 Toen zei Jehovah tot Sa̱muël:+ „Luister naar de stem van het volk met betrekking tot alles wat zij tot u zeggen;+ want niet u hebben zij verworpen, maar mij hebben zij verworpen, dat ik geen koning+ over hen zou zijn.