14 Ik zal zijn vader worden, en hij zal mijn zoon worden.+ Wanneer hij iets verkeerds doet, zal ik hem corrigeren* en hem met slagen straffen,+ zoals mensen doen.*
14 Ík zal zijn vader worden,+ en híȷ́ zal mijn zoon worden.+ Wanneer hij verkeerd doet, dan wil ik hem terechtwijzen met de roede+ van mensen en met de slagen van de zonen van A̱dam.*