13 Ga heen en treed binnen bij koning Da̱vid, en gij moet tot hem zeggen: ’Hebt gij, mijn heer de koning, uw slavin niet gezworen en gezegd: „Uw zoon Sa̱lomo is degene die na mij koning zal worden, en híȷ́ zal op mijn troon zitten”?+ Waarom is Ado̱nia dan koning geworden?’