18 Wat de zonen van Ru̱ben en de Gadieten en de halve stam Mana̱sse betreft, van degenen die dappere+ lieden waren, mannen die schild en zwaard droegen en de boog spanden en geoefend waren in de strijd, waren er vierenveertigduizend zevenhonderd zestig die in het leger uittrokken.+