7 Ook hebben ze de deuren van de voorhal gesloten+ en de lampen gedoofd.+ Ze zijn ermee gestopt wierook te branden+ en in de heilige plaats brandoffers te brengen+ aan de God van Israël.
7 Ook hebben zij de deuren+ van de voorhal gesloten en de lampen uitgeblust gelaten+ en geen reukwerk gebrand+ en geen brandoffer in de heilige plaats gebracht aan de God van I̱sraël.+