22 Maar Josi̱a wilde zich niet terugtrekken. Hij vermomde zich+ om tegen hem te strijden en wilde niet luisteren naar de woorden van Ne̱cho, die uit de mond van God kwamen. Hij trok ten strijde in de Vlakte van Megi̱ddo.+
22 En Josi̱a wendde zijn aangezicht niet van hem af,+ maar om tegen hem te strijden, vermomde+ hij zich en luisterde niet naar de woorden van Ne̱cho+ uit de mond van God. Hij kwam derhalve om te strijden in de valleivlakte van Megi̱ddo.+