12 Ha̱man zei verder: ‘En dat niet alleen, koningin Esther heeft mij als enige uitgenodigd om samen met de koning naar het feestmaal te komen dat zij had bereid.+ Ook morgen ben ik met de koning bij haar uitgenodigd.+
12 Vervolgens zei Ha̱man: „Wat meer is, E̱sther, de koningin, heeft niemand anders dan mij met de koning op het feestmaal laten komen dat zij had bereid,+ en ook morgen+ ben ik met de koning bij haar uitgenodigd.