4 Nu geschiedde het dat zodra Zedeki̱a, de koning van Ju̱da, en al de krijgslieden hen zagen, zij voorts de wijk namen+ en ’s nachts de stad uit trokken langs de weg van de tuin van de koning,+ door de poort tussen de dubbele muur; en zij bleven wegtrekken langs de weg van de Ara̱ba.+