-
Jeremia 52:31Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
-
-
31 Ten slotte geschiedde het in het zevenendertigste jaar van de ballingschap van Jo̱jachin,+ de koning van Ju̱da, in de twaalfde maand, op de vijfentwintigste dag van de maand, dat E̱vil-Me̱rodach, de koning van Ba̱bylon, in het jaar dat hij koning werd,* het hoofd van Jo̱jachin, de koning van Ju̱da, verhief+ en hem vervolgens uit het gevangenhuis haalde.
-
-
JeremiaIndex van Wachttoren-publikaties 1946-1985
-
-
52:31 si63 283; g65 8/6 8
-