-
Aantekeningen Mattheüs — Hoofdstuk 23Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
van het bloed van de rechtvaardige Abel tot het bloed van Zacharia: Jezus’ uitspraak omvatte alle vermoorde getuigen van Jehovah in de Hebreeuwse Geschriften, van Abel, die vermeld wordt in het eerste boek (Ge 4:8), tot Zacharia, die in Kronieken genoemd wordt (2Kr 24:20), het laatste boek van de traditionele Joodse canon. Toen Jezus zei ‘van Abel tot Zacharia’, bedoelde hij dus ‘van het allereerste geval tot het laatste’.
zoon van Berechja: Volgens 2Kr 24:20 was deze Zacharia ‘de zoon van de priester Jojada’. Sommigen denken dat Jojada twee namen had, zoals ook voor anderen in de Bijbel geldt (vergelijk Mt 9:9 met Mr 2:14), of dat Berechja de grootvader of een eerdere voorvader van Zacharia was.
die jullie hebben vermoord: Hoewel die religieuze leiders Zacharia niet zelf hadden vermoord, stelde Jezus ze aansprakelijk omdat ze dezelfde moordzuchtige instelling hadden als hun voorouders (Opb 18:24).
tussen het heiligdom en het altaar: Volgens 2Kr 24:21 werd Zacharia ‘in het voorhof van Jehovah’s huis’ vermoord. Het brandofferaltaar stond in het binnenste voorhof, vóór de ingang van het heiligdom. (Zie App. B8.) Dat kwam overeen met de plaats die Jezus noemde.
-