-
Aantekeningen Lukas — Hoofdstuk 8Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
Johanna: Dit is de vrouwelijke vorm van de Hebreeuwse naam Johanan, die ‘Jehovah heeft gunst getoond’, ‘Jehovah is goedgunstig geweest’ betekent. Johanna is een van de vrouwen die door Jezus waren genezen. Ze wordt maar twee keer in de Griekse Geschriften vermeld, beide keren in het verslag van Lukas (Lu 24:10).
Chuzas: De rentmeester van Herodes Antipas. Mogelijk had hij het beheer over het huishouden.
om hen van dienst te zijn: Of ‘om hen te ondersteunen’, ‘om voor hen te zorgen’. Het Griekse woord diakoneo kan slaan op het voorzien in de fysieke behoeften van anderen door eten te kopen, klaar te maken, te serveren, enzovoorts. De term wordt in een vergelijkbare betekenis gebruikt in Lu 10:40 (‘voor alles zorgen’), Lu 12:37 en Lu 17:8 (‘bedienen’), en Han 6:2 (‘voedsel verdelen’), maar kan ook slaan op alle andere vergelijkbare persoonlijke diensten. Hier wordt beschreven hoe de vrouwen die in vers 2 en 3 genoemd worden Jezus en zijn discipelen ondersteunden, zodat die de taak konden uitvoeren die ze van God gekregen hadden. Op die manier eerden de vrouwen God, die zijn waardering daarvoor toonde door in de Bijbel een verslag over hun vrijgevigheid te laten optekenen voor alle toekomstige generaties (Sp 19:17; Heb 6:10). Dezelfde Griekse term wordt voor vrouwen gebruikt in Mt 27:55 en Mr 15:41. (Zie aantekening bij Lu 22:26, waar het verwante zelfstandig naamwoord diakonos wordt behandeld.)
-