Voetnoot
Lett.: „zielen van een dode.” Hebr.: naf·sjothʹ, mv., gevolgd door meth, „dood”; Gr.: psuʹchei gevolgd door te·te·leu·te·kuiʹai, het verleden deelwoord van „overlijden”; de beide woorden samen betekenen „overleden ziel”; Sy: „ziel van een dode”; Vg: „dode.”